
Inhoud
In een kist met deksel:
- 8 kunststof themaplaten 40 x 30 cm
- 8 kleine kaarten met de thema’s 16 x 12,5 cm
- 1 kunststof staander voor de pionnen
- 16 kunststof pionnen
- 1 handleiding
Doel van het spel
Spelenderwijs leren communiceren en daardoor
actief taalgebruik stimuleren en oefenen.
Ontwikkelen van de luistervaardigheid en het
verwoorden van wat je ziet. Ook bijzonder
geschikt voor NT2 en voor zelfstandig werk in de
themahoek ‘Taal’.
Doelgroep
Voor 2 - 4 kinderen vanaf 4 jaar.
Ontwikkelingsdoelen
Rekenvaardigheden en
denkontwikkeling
Ontwikkeling van kleur en vorm
waarneming
Taalontwikkeling
- sociale vaardigheden
- taalontwikkeling
- taal begrijpen en gebruiken
- luistervaardigheid ontwikkelen
Voorbereiding
De onderwerpen die op de platen aan bod
komen zijn:
- in de speeltuin
- in de supermarkt
- op vakantie
- de eenden in de vijver
- de vogels buiten
- de poes
- in huis spelen
- onze hond
Zit in de kring en neem samen met de kinderen
één voor één de thema’s door die op de platen
zijn afgebeeld. Zo weet je zeker dat de kinderen
de thema’s hebben begrepen en dat ze ook
taalvaardig genoeg zijn om hier voldoende over
te kunnen zeggen. De kinderen gaan straks de
situaties op de platen zo omschrijven dat de
medespeler precies begrijpt over welke situatie
het gaat. Niet alleen leren kinderen zo creatief
om te gaan met taal, tegelijkertijd maken ze zich
spelenderwijs verschillende begrippen eigen.
Spel
Kies een opdrachtplaat en zet die in de houder
samen met de pionnen. Twee kinderen spelen
telkens met elkaar en zitten aan weerszijden
van een opdrachtplaat. Het ene kind heeft de
kleine themaplaat en gaat één situatie daarvan
beschrijven en het andere kind probeert deze
situatie terug te vinden op de grote plaat. Per plaat
en dus per thema zijn er telkens 7 situaties die
verwoord moeten worden. Bij elke situatie hoort
een gekleurde pion die in de opening van de plaat
moet worden gestoken op het moment dat die
situatie wordt verwoord. Het kind dat de situatie
gaat verwoorden, begint met het benoemen
van de kleur van de pion die bij de situatie hoort.
Het zegt bijvoorbeeld “Steek de rode pion bij het
vogeltje dat zich aan het wassen is”.
Het andere kind neemt de rode pion en plaats
die in de opening die bij die situatie hoort. Het
kind dat de opdracht gaf ziet nu een rode pion
verschijnen in een rode cirkel op de achterkant
van de plaat. De opdracht is in dat geval juist
uitgevoerd. Is dat niet het geval dat moet de
speler de situatie beter omschrijven totdat de
medespeler wel de goede situatie kan vinden.
Dan wordt een volgende situatie beschreven. Als
één themaplaat klaar is, kunnen de kinderen van
rol wisselen en een nieuwe plaat nemen.
Variatie
Steek op voorhand alle pionnen in de
opdrachtplaat en duw de pion uit de opdracht-
plaat zodra je de juiste situatie hebt gevonden.
Veel plezier met ‘Samenspraak’
Nederlands