83
Ga als volgt te werk:
Stap 1: Programmeermodus starten
• Als de programmeermodus nog niet werd gestart (zie hoofdstuk 8 a), dan drukt u eerst
kort op toets "
" (15). Op het scherm knipperen beide symbolen " " (8) en "
"(11).
Als deze beide symbolen niet knipperen, drukt u kort op toets "
" (14) of "
" (16) tot
beide symbolen " " (8) en "
" (11) knipperen.
• Bevestig de keuze met de toets "
" (15) en daarop knipperen boven op het scherm
de getallen voor de weekdag.
Stap 2: Weekdagperiode selecteren
• Kies met de toetsen "
" (14) of "
" (16) tussen twee verschillende weekdagperiodes:
1 2 3 4 5 = maandag tot vrijdag
6 7
= zaterdag en zondag (weekend)
De volgende programmering moet voor beide weekdagperiodes afzonderlijk
worden uitgevoerd. U kunt zo in het weekend andere verwarmings- en bespa
-
ringstijden instellen dan voor de weekdagen maandag tot vrijdag.
• Bevestigt u de keuze met de toets "
" (15) dan knippert het symbool " " (4).
Met de toetsen "
" (14) of "
" (16) kan naar de volgende periode worden
verder geschakeld, zie stap 4, 5 of 6.
Stap 3: Starttijd en temperatuur voor " " (4) selecteren
• Als de temperatuur of starttijd moet worden veranderd, drukt u nogmaals op toets
"
" (15). Linksboven op het scherm knippert de waarde voor de temperatuursinstelling.
• Stel met de toetsen "
" (14) of "
" (16) de gewenste temperatuur in.
• Bevestigt u de instelling met de toets "
“ (15) dan knipperen de uren van de starttijd
vanaf wanneer de eerder ingestelde temperatuurwaarde geldt.
• Stel de uren in met de toetsen "
" (14) of "
" (16).
• Bevestigt u de instelling met de toets "
“ (15) dan knipperen de minuten van de
starttijd vanaf wanneer de eerder ingestelde temperatuurwaarde geldt.
• Stel de minuten in met de toetsen "
" (14) of "
" (16).
• Bevestigt u de keuze met de toets "
" (15) dan knippert het symbool "
" (5).