91
b) Ingebruikname
• Gebruik alleen de meegeleverde 2-cellige li-ion rij-accu (nominale spanning 7,4 V) voor het voertuig
resp. een gelijksoortige reserve rij-accu. Gebruik de auto nooit via een netvoedingadapter, ook niet voor
testdoeleinden.
• Zet bij de ingebruikname altijd eerst de zender aan. Pas daarna mag de rij-accu met het voertuig worden
verbonden en het voertuig ingeschakeld worden. Dit kan anders tot onvoorziene reacties van de auto
leiden!
Ga als volgt te werk:
- Zet de auto voor het aansluiten op een geschikt onderstel (bijv. de montagestandaard), zodat de
wielen vrij rond kunnen draaien.
- Zet de auto uit.
- Als dat nog niet gebeurd is, zet dan de zender aan. Controleer diens werking (bijv. bedrijfsindicator
van de zender).
- Zet bij de zender de trimming voor de stuur- en de motorfunctie in de middenpositie; stel de dual rate-
draairegelaar op de zender op “MAX” (rechter aanslag).
- Sluit een volledig opgeladen rij-accu met de juiste polariteit aan op de auto (rode kabel = plus/+,
zwarte kabel = min/-).
- Zet nu pas de auto aan.
- Controleer of het voertuig, zoals verwacht op de afstandsbediening reageert (besturing en aandrij-
ving), voordat u het van de ondergrond neemt en het met wielen op de grond plaatst.
- Als de auto niet naar behoren reageert, dient u hoofdstuk 11 en 15 in acht te nemen.
c) Rijden met de auto
• Een verkeerd gebruik kan ernstig persoonlijk letsel en materiële schade tot gevolg hebben! Rij alleen
zolang u direct zichtcontact met de auto hebt. Rijd daarom ook niet ‘s nachts.
• Rij alleen wanneer uw reactievermogen niet verminderd is. Vermoeidheid of beïnvloeding door alcohol of
medicijnen kan, net zoals bij een echte auto, verkeerde reacties tot gevolg hebben.
• Denk eraan dat u met deze modelauto niet op openbare wegen, pleinen en straten mag rijden. Gebruik
het zonder toestemming van de eigenaar ook niet op privéterrein.
• Rij niet op mensen of dieren af!
• Vermijd het rijden bij zeer lage temperaturen. Kunststof onderdelen verliezen hierdoor aan elasticiteit,
wat reeds bij een licht ongeluk grote schade kan veroorzaken.
• Rij niet tijdens onweer, onder hoogspanningskabels of in de buurt van zendmasten.
• Rijd niet tijdens regen, door nat gras, water, modder of sneeuw. Het model is noch waterbestendig noch
waterdicht. Vocht leidt niet alleen tot corrosie, maar ook de elektronica raakt hierdoor beschadigd.
• Laat de zender altijd ingeschakeld zolang de auto in gebruik is.
• Om het voertuig weg te zetten, moet u altijd eerst het voertuig uitzetten en vervolgens de rij-accu volledig
ontkoppelen van het voertuig.
Pas dan mag de zender worden uitgeschakeld.
Summary of Contents for "Cyclone" 4WD RtR
Page 114: ...114 ...
Page 115: ...115 ...