43
NL
Speciale veiligheidsvoorschriften
Let op! De acculader is uitsluitend bedoeld
voor het opladen van loodzuuraccu’s. Niet
gebruiken om andere soorten accu’s op te
laden.
Zorg voor goede ventilatie tijdens het
opladen. Opladen in kamertemperatuur is
aanbevolen.
De acculader is bedoeld om binnenshuis
te gebruiken en moet tegen vocht worden
beschermd.
De acculader moet worden verbonden aan
een stopcontact met aarddraad.
Laat de acculader niet constant op het
netstroom aangesloten. Haal na gebruik de
stekker van de acculader uit het stopcontact.
Lees voordat u begint met opladen de
instructies van de fabrikant voor het opladen
van de accu.
Laad geen beschadigde accu’s op of accu’s
die niet ontworpen zijn om op te laden.
Laad nooit een bevroren accu op.
Draag een beschermbril en draai uw gezicht
weg tijdens het aansluiten of loskoppelen
van de accu.
Accuzuur is bijtend. Spoel gelijk met grote
hoeveelheden water als u accuzuur op uw
huid of in uw ogen krijgt. Neem zo nodig
contact op met een dokter.
Zorg ervoor dat de kabel niet klem komt
te zitten of in aanraking komt met hete
oppervlakken of scherpe randen.
Tijdens het laden kunnen er explosieve
gassen uit de accu stromen. Zodoende is het
belangrijk om het ontstaan van vonken in
directe omgeving te voorkomen.
Vermijd open vlammen en rook niet tijdens
het laden van de accu.
De acculader mag niet bedekt worden.
De acculader en de accu moeten altijd op
een vlakke, gladde en stevige ondergrond
worden geplaatst. De accu mag niet schuin
staan.
Op de acculader zitten onderdelen die
elektrische bogen of vonken kunnen
veroorzaken. De lader moet daarom tijdens
het laden altijd op geruime afstand van de
accu worden geplaatst.
Plaats de acculader niet direct op de lege
accu of net erboven.
De gassen die ontstaan tijdens het opladen
van de accu kunnen de interne onderdelen
van de acculader aantasten. Op lange termijn
kan dit schade veroorzaken.
Raak nooit de contactklemmen van de
acculader aan als deze aan het netstroom is
verbonden.
Start de motor nooit tijdens het laden van
de accu.
Controleer de acculader voor gebruik, ook
de stroomkabel en snoeren. Gebruik de
acculader niet als deze is beschadigd.
Een beschadigde stroomkabel of
beschadigde snoeren moeten worden
vervangen bij een erkende werkplaats.
De acculader moet buiten het bereik van
onbevoegde personen gehouden worden,
met name kinderen. Dit geldt ook voor
tijdens het gebruik.
Voorkom dat de accu gaat lekken. Lekkend
accuzuur van de accu dat in contact komt
met de acculader kan kortsluiting of een
elektrische schok veroorzaken.
Dit apparaat kan gebruikt worden door
kinderen vanaf 8 jaar en personen met
verminderde fysieke, sensorische of mentale
vaardigheden of gebrek aan ervaring en
kennis als er toezicht op hen gehouden
wordt, of als ze aanwijzingen hebben
gekregen over het veilige gebruik van het
apparaat en ze de betreff ende gevaren
begrijpen. Kinderen mogen niet met het
apparaat spelen. Reiniging en onderhoud
mag niet worden uitgevoerd door kinderen
zonder dat er toezicht op hen gehouden
wordt.
