28 NL/BE
j
Open het batterijvak
5
aan de achterzijde van het
product.
j
Verwijder zonodig de verbruikte batterijen.
j
Plaats twee nieuwe 1,5 V batterijen (AAA) in het
batterijvakje
5
.
Opmerking:
let op de juiste polariteit. Deze staat
in het batterijvakje
5
aangegeven.
j
Sluit het batterijvakje
5
weer.
Q
Multifunctionele
detector gebruiken
Tip!
Test het apparaat vóór het eerste gebruik op een
metaalbuis of een stroomleiding waarvan u de exacte
positie kent.
j
Schuif de functieschakelaar
3
naar “METAL” om
metalen buizen enz. te lokaliseren.
j
Schuif de functieschakelaar
3
naar “VOLTAGE” om
stroomleidingen te lokaliseren.
j
Houd de detector op afstand van metalen en van
kabels die onder spanning staan.
j
Druk op de PUSH-toets
4
en houd deze ingedrukt.
Richt de meetkop
1
met ingedrukte PUSH-toets
direct op de gewenste positie op de wand.
j
Beweeg het apparaat langzaam over het wandop-
pervlak.
Opmerking:
let op een direct contact tussen de
meetkop
1
en de wand.
j
Zodra het apparaat metaal of stroomleidingen lokali-
seert, knippert de rode led
2
. Bovendien wordt een
akoestisch signaal gegenereerd. Hoe dichter met u
het apparaat bij metaal of stroomleidingen in de buurt
komt, hoe sneller de rode led
2
knippert resp. hoe
vaker het signaalgeluid klinkt. Als zich metaal of een
stroomleiding direct in de buurt van het apparaat be-
vindt, brandt de rode led
2
constant. Het signaalge-
luid klinkt permanent.
j
Laat de PUSH-toets
4
los om de meting te stoppen.
Q
Storingen verhelpen
= Storing
=
Probleem
=
Oplossing