- 34 -
Ned
er
lan
d
s
FLASH AREA
[KEY/DISPLAY], [KEY], [OFF]
Selecteer het gebied voor het
verlichtingseffect.
Wanneer [OFF] is geselecteerd, wordt de kleur
die ingesteld is bij de ILLUMINATION-
instellingen (pagina 32) gebruikt als
displaykleur.
FLASH PATTERN
[SOUND LEVEL 1] tot [SOUND
LEVEL 6]
Wijzig het verlichtingseffect volgens het
geluids- en basniveau.
Het flitspatroon wijzigt volgens het
geluidsniveau.
[LOW PASS 1] tot [LOW PASS 6]
Het flitspatroon wijzigt volgens het basniveau.
[RANDOM1]
Het flitspatroon wijzigt willekeurig volgens de
geluidsniveaumodus en de laag-
doorlaatmodus.
[RANDOM2]
Het flitspatroon wijzigt willekeurig volgens de
geluidsniveaumodus.
[RANDOM3]
Het flitspatroon wijzigt willekeurig volgens de
laag-doorlaatmodus.
DISPLAY FX
[ON], [OFF]
Zet de speciale MIXTRAX-effecten aan/uit.
CUT IN FX
[ON], [OFF]
Schakel de speciale MIXTRAX-effecten aan/uit
terwijl de fragmenten handmatig worden
gewijzigd.
MICROPHONE-instellingen
Menu-item
Beschrijving
MICROPHONE
[ON], [OFF]
Zet op [ON] als u de karaokefunctie gebruikt.
MIC VOL
Pas het volume van de microfoon aan.
VOCAL
[ON], [OFF]
Instellen op [OFF] wanneer het niveau van de
stemmen in de nummers gereduceerd wordt.
Menu-item
Beschrijving