
70
NL/BE
• Vijl de kettingtand steeds van binnen naar buiten.
• De vijl scherpt alleen in voorwaartse beweging. Licht de vijl op tijdens
de teruggaande beweging.
• Voorkom dat de vijl de bevestigingsplaten en dynamische schakels
raakt.
• Draai de vijl regelmatig verder om eenzijdige slijtage te voorkomen.
• Neem een stuk hard hout om bramen van de snijranden te verwijde-
ren.
Alle kettingtanden moeten dezelfde lengte hebben omdat anders ook de
hoogte zal variëren.
De zaagketting (31) loopt dan onregelmatig, wat het risico op defecten
vergroot.
14.5.3 Aandrijving boomzaag smeren (afb. 29)
Smeer de aandrijving elke 10 tot 20 bedrijfsuren.
• Plaats de vetspuit op de smeernippel (75).
• Pers hier wat vet in.
Let op!
Breng slechts een beetje vet in. In geen geval overvullen.
14.6 Slijtdelen
Ook bij beoogd gebruik zijn veel componenten aan normale slijtage on-
derhevig. Dergelijke onderdelen moeten regelmatig worden vervangen,
afhankelijk van het type en de duur. Tot deze onderdelen behoren onder
andere het snijgereedschap en de houderplaat.
Service-informatie
Let op dat bij dit product de volgende delen onderhevig zijn aan ge-
bruiksmatige of natuurlijke slijtage, resp. de volgende delen als verbruiks-
materiaal wordt gebruikt.
Slijtdelen*: Bougie, luchtfilter, spoel, mes, zaagketting, kettingzwaard
* niet persé in de leveringsomvang opgenomen!
m
Waarschuwing!
Gebruik uitsluitend reserveonderdelen en accessoires van de fabrikant.
Als dit wordt nagelaten, kunnen de prestaties afnemen, kan letsel optre-
den en kan uw garantie vervallen.
Belangrijke aanwijzing bij reparatie:
Als het apparaat voor reparatie geretourneerd wordt, moet het apparaat
vanwege veiligheidsredenen vrij van olie en benzine geretourneerd wor-
den aan het servicestation.
bestelling van reserveonderdelen
Bij de bestelling van reserveonderdelen moeten de volgende gegevens
worden vermeld;
• Type apparaat
• Artikelnummer van het apparaat
Reserveonderdelen/accessoires
Voor de hier vermelde snijtoebehoren kunt u altijd de met de machine
geleverde veiligheidsvoorziening gebruiken.
•
Motorzeis / gazontrimmer:
Spoel Ø 450
7910700707
Spoel TRICORD Ø 450
7910702702
Spoel TRICORD Ø 2,8 mm x 4 m
7910702704
Mes 3 tands Ø 255 x1,4
7910700702
Transportbeveiliging mesblad 3-tands
3904801065
Mes 4 tands Ø 255 x 1,5
7910700705
Transportbeveiliging mesblad 4-tands
3904801066
Mes 8 tands Ø 255 x 1,5
7910700711
Transportbeveiliging mesblad 8-tands
3904801066
Beschermingsplaat gazontrimmer
3904803034
•
Boomzaag:
Zaagketting 3/8.50-39
7910100732
Geleiderail AL10-39-507P
7910100731
Transportbeveiliging ketting
3904801039
Verlenging voor boomzagen
7910700710
•
Heggenschaar:
Mes heggenschaar 400 mm
7910700703
Transportbeveiliging mes 400 mm
3904801043
15. Reiniging en opslag
15.1 Reiniging
• Houd de grepen olievrij zodat u een goede houvast heeft.
• Reinig zo nodig het apparaat met een vochtige doek en eventueel met
een mild spoelmiddel.
m
Let op!
• Trek vóór elke reiniging de bougiestekker los.
• Dompel het apparaat om te reinigen nooit onder in water of andere
vloeistoffen.
• Bewaar het apparaat op een veilige en droge plaats en buiten het
bereik van kinderen.
15.2 Opslag
Reinig en onderhoud het apparaat voordat u het opslaat.
Voorzichtig:
Berg het apparaat nooit langer op dan 30 dagen zonder de volgende
stappen uit te voeren:
Het apparaat langer dan 30 dagen opbergen
Als u het apparaat langer dan 30 dagen wilt opbergen, moet deze hier-
voor geschikt worden gemaakt. Anders zal de in de carburateur aan-
wezige, resterende brandstof verdund worden en kan een rubberachtig
bezinksel achterblijven. Hierdoor wordt het starten moeilijker en zullen er
kostbare reparatiewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd.
• Tap eerst de brandstof af (zie 10.3.1)
• Start de motor en laat deze draaien tot de motor stopt om het brand-
stof uit de carburateur te verwijderen.
• Laat de motor afkoelen (ca. 5 minuten).
• Verwijder de bougie (zie 14.2.1).
• Doe 1 theelepel schoon 2-takt-olie in de verbrandingsruimte.
• Trek nu meerdere keren langzaam aan het starterkoord om de interne
componenten van een oliecoating te voorzien.
• Plaats de bougie weer terug (zie 14.2.1).
Aanwijzing:
Berg het apparaat op een droge locatie op, ver uit de buurt van moge-
lijke ontstekingsbronnen, zoals bijv. een oven, heetwaterboiler met gas,
gasdroger etc.
Summary of Contents for PBK 4 B3
Page 5: ...12 13 35 14 b 16 17 18 900 00 20 450 19 62 63 15 60 61 7 push primer 7 times 19 2 16a 16 a...
Page 6: ...23 WIND CORD 26 25 16 65 66 67 68 c 67 27 12 69 21 6 70 22 72 71 73 28 74 17 24 65 67 75 29 26...
Page 106: ...100 3 2 5 3...
Page 107: ...101 2 3 5...
Page 108: ...102 5 3 2...
Page 109: ...103 2 3 5...
Page 110: ...104 5 3 2...
Page 111: ...105...
Page 114: ...108...
Page 115: ......
Page 136: ...18...
Page 138: ...20...
Page 139: ......