129
Nl
9. Scherptediepte
• De scherptediepte kan bij benadering
worden bepaald met behulp van de
scherptediepteschaal.
• Gebruik de diafragmeerknop van het
objectief of de scherptedieptecontrole
van de camera (diafragmeerknop) (op
de D4-camera, D3-serie-camera,
Df-camera, D800-serie-camera,
D700-camera, D610-camera,
D600-camera, D300-serie-camera,
D90-camera, D7100-camera of
D7000-camera), om de
scherptediepte te controleren terwijl u
door de zoeker van de camera kijkt.
• Zie p. 234 voor meer informatie.
Opmerking
: Wanneer het objectief getilt is, kunnen de
scherptediepteschaal en de afstandsschaal niet meer
gebruikt worden. (Beide schalen kunnen wel gebruikt
worden wanneer het objectief alleen geshift is.)
10. Flitsfoto’s maken met camera’s met
ingebouwde flitser
Om vignettering te voorkomen moet u geen zonnekap gebruiken, en u houden
aan de opnameafstanden in de onderstaande tabel wanneer u foto’s maakt.
Opmerking
: De volgende beperkingen zijn alleen van toepassing wanneer
u fotografeert zonder tilt en/of shift. Wanneer u de
ingebouwde flitser van de camera gebruikt voor
tiltshiftopnamen, zal vignettering groter zijn dan wanneer u
geen tiltshift gebruikt. Het gebruik van de ingebouwde flitser
van de camera wordt afgeraden wanneer u tiltshift gebruikt.
Camera’s
Bruikbare opnameafstand
D800-serie, D700, D610, D600
1,5 m of groter
D300-serie, D200, D100
1 m of groter
D90, D80, D70-serie, D50
2 m of groter
D5200, D5100, D5000, D3200,
D3100, D3000, D60, D40-serie
3 m of groter
Andere camera’s
Vignettering komt voor bij alle
opnameafstanden
Scherptediepteschaal
Afstandsindexlijn
Fig. 11