163
Wanneer u al via de bedieningselementen in de zender opgeslagen gegevens wilt overnemen
lees dan de gegevens in met de toets „GetUser“.
Na het starten van de software en de selectie van de COM-Poort kunt u na elkaar alle beschik-
bare hoofdmenupunten programmeren zonder tussendoor de programmeermodus te verlaten.
c) Selectie van het modeltype
De zender is op het modeltype „0“ (oppervlaktemodel) vooringesteld.
Wanneer u de installatie voor de eerste keer in bedrijf neemt en met een helikopter wilt vliegen
dan moet u eerst van modeltype veranderen.
Modeltypes
Er zijn vier modeltypes beschikbaar. Modeltype Acro (0) omschrijft de voorstelling van de mengerfuncties voor
oppervlaktemodellen. Voor helikoptermodellen staan drie andere voorinstellingen klaar, afhankelijk van de plaatsing
van de tuimelschijfservo’s onder 120°, 140° of als individuele servo (90°). Werd via de software een helikoptermodel
geselecteerd dan kan tussen deze drie voorinstellingen ook direct op de zender geschakeld worden.
De belangrijkste vluchtinstellingen voor de vier modeltypes kunnen zowel via de bedieningse-
lementen van de zender als via de software geprogrammeerd worden.
Selectie van het modeltype:
Druk in het startbeeldscherm op de toets „TYPE“.
Scroll naar het gewenste modeltype.
Bevestig de selectie met „OK“.
Na de selectie van het modeltype heeft u de keuze uit de voorgepro-
grammeerde instelling (Default) en reeds door u op de PC opgeslagen
records.
Bij de eerste inbedrijfstelling bevestigt u de voorinstelling „Default“ met
„OK“.
Indien u al modelspecifieke instellingen opgeslagen heeft klik dan op
„User Define“ en geeft de bestandnaam direct in.
Of:
Klik op de pijl naast het ingaveveld en zoek het gewenste bestand
in uw PC.
Bevestig de selectie met „OK“.
•
•
•
•
•
•
•
Summary of Contents for 206501
Page 178: ...178 ...
Page 179: ...179 ...