Meec tools 000-904, Operating Instructions Manual, Page: 156 / 165

NL
155
Dergelijke olie kan de bougie en
uitlaatpoort verontreinigen of zorgen dat
de motor niet werkt.
• Met olie gemengde brandstof die langer
dan een maand staat kan de carburateur
verontreinigen en ervoor zorgen dat de
motor niet goed werkt. Bewaar
overgebleven brandstof koel en donker in
een luchtdichte verpakking.
• Schakel de motor uit voordat u brandstof
bijvult. Vul nooit brandstof bij als de
motor draait of warm is. Brandgevaar!
DE MACHINE STARTEN
WAARSCHUWING!
• De machine mag niet worden gestart
voordat deze volledig gemonteerd is.
• Verplaats de machine voor het starten
minimaal 10 meter van het gebied waar
brandstof is bijgevuld.
• De machine nooit binnenshuis of in een
afgesloten ruimte starten of laten draaien.
• Start de motor nooit wanneer de machine
in het draagtuig hangt. De machine moet
voor de start op de grond worden gelegd.
1. Zet de aan-uitschakelaar op de gashendel
in positie I .
2. Zet de chokehendel op .
AFB. 20
3. Druk minimaal 10 keer op de primer
voordat de motor voor de eerste keer
wordt gestart.
AFB. 21
4. Om de motor te starten trekt u langzaam
aan het startkoord totdat het weerstand
geeft (na 10-15 cm) en trekt u het
startkoord vervolgens een aantal keer
volledig uit.
5. Zet de chokehendel op .
6. Trek aan het startkoord totdat de motor
start.
7. Druk de startvergrendeling en de
gashendel in. Gebruik de gashendel A om
het toerental van de motor te regelen.
AFB. 22
8. Bij gebruik van de trimmerkop moet het
doorvoermechanisme eerst tegen de grond
worden geduwd om draad door te voeren.
AFB. 23
9. Stop het draaien van het gereedschap door
de gashendel en startvergrendeling los te
laten.
10. Schakel de motor uit door de aan-
uitschakelaar in de positie 0 te zetten.
11. Als de motor warm is kan de chokehendel
bij het starten op staan.
WAARSCHUWING!
Gebruik de bosmaaier niet om te vegen met
de trimmerkop schuin. Stenen en andere
voorwerpen kunnen tot wel 15 meter ver
worden weggeslingerd en kunnen letsel en/of
materiële schade veroorzaken.
KETTINGZAAG
Kettingspanning
De kettingspanning instellen
1. Schakel de motor uit en draai de moer van
de kettingwielkap een beetje los.
2. Trek de punt van het zwaard naar boven.
3. Draai de spanschroef (1) rechtsom met een
schroevendraaier totdat de ketting tegen
de onderkant van het zwaard rust.
AFB. 24
4. Draai de moer van de kettingwielkap aan.
5. Nieuwe kettingen moeten vaker worden
gespannen dan kettingen die al een