31 NEDERLANDS
OPMERKING:
Afhankelijk van de gebruiksomstan
-
digheden en de omgevingstemperatuur, is het moge-
lijk dat de aangegeven acculading verschilt van de
werkelijke acculading.
Gereedschap-/accubeveiligingssysteem
Het gereedschap is voorzien van een gereedschap-/
accubeveiligingssysteem. Dit systeem schakelt auto
-
matisch de voeding naar de motor uit om de levensduur
van het gereedschap en de accu te verlengen. Het
gereedschap kan tijdens het gebruik automatisch stop
-
pen als het gereedschap of de accu aan één van de
volgende omstandigheden wordt blootgesteld:
Overbelastingsbeveiliging
Als de accu wordt gebruikt op een manier die ertoe leidt
dat een abnormaal hoge stroomsterkte wordt getrok
-
ken, stopt het gereedschap automatisch zonder enige
aanduiding. In dat geval schakelt u het gereedschap
uit en stopt u met het gebruik dat er toe leidde dat het
gereedschap overbelast raakte. Schakel vervolgens het
gereedschap in om weer te starten.
Beveiliging tegen te ver ontladen
Als de acculading onvoldoende is, stopt het gereed
-
schap automatisch. In dit het geval verwijdert u de accu
vanaf het gereedschap en laadt u de accu op.
De trekkerschakelaar gebruiken
WAARSCHUWING:
Alvorens de accu in het
gereedschap te plaatsen, moet u altijd controle-
ren of de trekkerschakelaar goed werkt en bij het
loslaten terugkeert naar de stand “OFF”.
De trekkervergrendelknop is bedoeld om te voorkomen
dat er per ongeluk aan de trekkerschakelaar wordt
getrokken.
Druk op de trekkervergrendelknop op positie A en trek
aan de trekkerschakelaar om het gereedschap te star-
ten. Laat de trekkerschakelaar los om te stoppen. Druk
na gebruik de trekkervergrendelknop in op positie B.
►
Fig.3:
1.
Trekkervergrendelknop
2.
Trekkerschakelaar
De lamp op de voorkant gebruiken
LET OP:
Kijk niet direct in het lamplicht of in
de lichtbron.
Knijp de trekkerschakelaar in om de lamp in te schake
-
len. De lamp blijft branden zo lang de trekkerschakelaar
wordt ingeknepen. De lamp gaat uit vlak nadat de trek-
kerschakelaar is losgelaten.
►
Fig.4:
1.
Lamp
OPMERKING:
Stoot niet tegen de lamp omdat deze
hierdoor kan worden beschadigd of de levensduur
ervan kan worden verkort.
OPMERKING:
Gebruik een droge doek om vuil van
de lens van de lamp af te vegen. Wees voorzichtig
dat u de lens van de lamp niet bekrast omdat dan de
verlichting minder wordt.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens enig werk aan het gereedschap uit te
voeren.
Het bandzaagblad aanbrengen of
verwijderen
LET OP:
Door olie op het bandzaagblad kan
deze slippen of onverwachts eraf lopen. Veeg
alle overtollige olie eraf met een doek voordat het
bandzaagblad wordt aangebracht.
LET OP:
Draag altijd veiligheidshandschoe-
nen wanneer u het bandzaagblad hanteert.
LET OP:
Wees voorzichtig wanneer u het
bandzaagblad hanteert om te vermijden dat u zich
snijdt aan de scherpe rand van de zaagtanden.
LET OP:
Houd uw lichaam uit de buurt van
het bandzaagblad wanneer u de beweging van het
zaagblad controleert.
LET OP:
Als u de zaagbladspanhendel
rechtsom draait om het bandzaagblad te ontspan-
nen, houdt u het gereedschap omlaag gericht
omdat het bandzaagblad onverwachts eraf kan
lopen.
►
Fig.5:
1.
Spannen
2.
Loszetten
3.
Zaagbladspanhendel
Het bandzaagblad aanbrengen:
1.
Draai de zaagbladspanhendel rechtsom tot deze
stopt om de schijf los te zetten.
2.
Zorg ervoor dat de richting van de pijlen op het
bandzaagblad en de schijven overeenkomt.
3.
Steek de niet-getande kant van het bandzaagblad
in de bovenste houder en onderste houder. Zorg ervoor
dat het bandzaagblad in zowel de bovenste als de
onderste houder tegen de onderste lagers komt.
►
Fig.6:
1.
Onderste houder
2.
Bovenste houder
3.
Onderste lager
4.
Duw tegen het midden van het bandzaagblad en
leg het zaagblad om één schijf. Door de schijf in richting
A te bewegen, wordt dit gemakkelijker om te doen.
►
Fig.7:
1.
Schijf
2.
Rubber band
5.
Leg het bandzaagblad op soortgelijke wijze om de
andere schijf.
6.
Leg de rand van het bandzaagblad op de rubber band.
7.
Houd het bandzaagblad op zijn plaats en draai
de zaagbladspanhendel linksom tot hij stopt. Hierdoor
komt het bandzaagblad onder de juiste spanning te
staan.
KENNISGEVING:
Zorg ervoor dat het bandzaag-
blad goed rond de schijven is geplaatst.
KENNISGEVING:
Start en stop het gereedschap
twee of drie keer om er zeker van te zijn dat het
bandzaagblad goed over de schijven loopt.
Om het bandzaagblad te verwijderen, volgt u de proce
-
dure voor het aanbrengen in de omgekeerde volgorde.