25
Sjabloongeleider (Fig. 19, 20, 21 en 22)
De sjabloongeleider is voorzien van een bus, waardoor de frees gaat, zodat u met het gereedschap de patronen van
de sjabloon nauwkeurig kunt volgen.
Verwijder de zoolplaat van het gereedschap. Draai de vleugelbout los en zet de zoolplaat horizontaal vast. Draai de
twee schroeven op de zoolplaat los.
Plaats de sjabloongeleider op de zoolplaat. Er zijn vier bolronde delen op de sjabloongeleider. Zet met behulp van de
twee schroeven twee van de vier bolronde delen vast. Installeer vervolgens de zoolplaat weer op het gereedschap.
Zet de sjabloon vast op het werkstuk. Plaats daarna het gereedschap op de sjabloon en beweeg het zo voort dat de
sjabloongeleider de patronen van de sjabloon volgt.
OPMERKING:
De uitgesneden patronen in het werkstuk zijn iets smaller dan die van de sjabloon. Dit komt vanwege de afstand (X)
tussen het mes en de buitenkant van de sjabloongeleider. Deze afstand (X) kunt U als volgt berekenen:
ONDERHOUD
LET OP:
Zorg er altijd voor dat de machine is uitgeschakeld en de
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens onder-
houd aan de machine uit te voeren.
Vervangen van koolborstels
Verwijder en controleer regelmatig de koolborstels. Ver-
vang de koolborstels wanneer ze tot aan de limietmarke-
ring versleten zijn. Houd de koolborstels schoon, zodat
ze gemakkelijk in de houders glijden. Beide koolborstels
dienen gelijktijdig te worden vervangen. Gebruik uitslui-
tend gelijksoortige koolborstels.
(Fig. 29)
Gebruik een schroevendraaier om de kappen van de
koolborstelhouders te verwijderen. Haal de versleten
koolborstels eruit, schuif de nieuwe erin, en zet daarna
de kappen weer goed vast.
(Fig. 30)
Opdat het gereedschap veilig en betrouwbaar blijft,
dienen alle reparaties, onderhoud of afstellingen te
worden uitgevoerd bij een erkend Makita service
centrum.
FREZEN
Makita biedt een grote verscheidenheid van frezen aan,
die aan de meest recente veiligheidsvoorschriften vol-
doen. De specificaties van elk type vindt u op de vol-
gende bladzijden.
Afstand (X) =
middellijn van sjabloongeleider – middellijn van mes
2