Beschrijving van de werking
De MPPT-zonne-energieregelaars zijn moderne, microprocessorgestuurde toestellen die voor het laden van loodaccu's binnen
een "Solar Insel"-systemen ontwikkeld werden. Door het MPPT-systeem (Max Power Point Tracking) wordt de zonnewarmte die
op uw zonnepaneel valt optimaal benut. Het werkpunt waarop het zonnepaneel zijn maximumrendement bereikt, verandert door
meerdere factoren, zoals de sterkte van de bezonning, de temperatuur en het type zonnecellen. Dit optimale werkpunt (MPP -
Maximum Power Point) wordt constant door de interne microprocessor van de zonne-energieregelaar bewaakt en door de
MPPT zo bestuurd dat uw accu altijd met de grootste stroom opgeladen wordt.
Wanneer de eindlaadspanning van uw accu bereikt wordt, schakelt de MPPT-zonne-energieregelaar de laadstroom uit.
Via de microprocessor worden ook alle belangrijke beschermingsfuncties bestuurd.
Een d.m.v. een drukschakelaar schakelbare belastingsuitgang geeft u de mogelijkheid alle verbruikers die aan de MPPT-zonne-
energieregelaar aangesloten zijn, met een druk op een knop in of uit te schakelen.
Aanpassen van het vermogen van het zonnepaneel aan de zonne-energieregelaar
Let er in elk geval voor op dat het vermogen van het zonnepaneel en de gebruikt zonne-energieregelaar overeen
komen.
Wanneer het zonnepaneel een spanning opwekt die beduidend hoger is dan de accuspanning, wordt een hogere laadstroom
aan de accu toegevoerd dan de aangegeven maximale stroom van het paneel. Voorbeeld: een zonnepaneel van 36 V / 5 A
laadt een 12 V-accu met max. 15 A op. Zodoende moet voor dit zonnepaneel een MPPT 20 gebruikt worden.
Opgelet: Wanneer u een zonne-energieregelaar met te gering laadvermogen gebruikt, kan hij op de duur beschadigd
worden.
Maximaal vermogen zonnepaneel
MPPT 10
MPPT 20
MPPT 30
12 V accusysteemspanning
120 watt
240 watt
360 watt
24 V accusysteemspanning
240 watt
480 watt
720 watt
Laadprincipe
De accu wordt in meerdere stappen opgeladen. De eindlaadspanning is afhankelijk van de kamertemperatuur en van de
temperatuur van de externe temperatuursensor (3). Bij een hogere temperatuur daalt de eindlaadspanning, bij een lagere
temperatuur verhoogt de eindlaadspanning.
De onderstaande verklaring heeft betrekking op een temperatuur van 22°C en een accusysteem van 12 V. Bij een 24 V-
systeem moeten de spanningswaarden verdubbeld worden.
6. Hoofdlaadfase
De accu wordt tot een spanning van 14,1 V met maximale stroom opgeladen.
7. Timerfase
De accu wordt gedurende meerdere minuten op een spanning van 14,1 V gehouden. De duur van de timerfase wordt
door de aard, de ouderdom en de kwaliteit van de accu bepaald.
8. Druppellaadfase
In deze fase stuurt de zonne-energieregelaar impulsen naar de accu en lost daardoor de gevormde sulfaatlaag op
(desulfateringsfunctie). De accuspanning wordt daarbij op 13,7 V gehouden.
9. Standby-fase
In deze fase stroomt er geen laadstroom. De spanning van de accu neemt langzaam af.
10. Reactiveringsfase
Na ca. 11 minuten (afhankelijk van het zonnepaneel) wordt de zonne-energieregelaar automatisch opnieuw
geactiveerd.
De zonne-energieregelaar kan ook met de hand gedeactiveerd worden door het indrukken van knop (1).
Montage
Om een deskundige inbedrijfstelling te waarborgen, dient u voor het gebruik in elk geval deze handleiding met de
veiligheidsaanwijzingen volledig en aandachtig te hebben doorgelezen.
Zorg er bij de montage voor dat de zonne-energieregelaar alsook alle andere componenten van het systeem voor kinderen
ontoegankelijk zijn aangebracht. Levensgevaar!
Monteer de MPPT-zonne-energieregelaar niet onmiddellijk boven een warmtebron. Zorg er dus voor dat de accu in een goed
geventileerde plaats is ondergebracht. Let in elk geval op de juiste polariteit.
Zorg steeds voor een voldoende ventilatie van de zonne-energieregelaar. Dek de verluchtingssleuven van de zonne-
energieregelaar nooit af. Gebruik het toestel niet in de buurt van gemakkelijk ontvlambare materialen.
Houd ermee rekening dat in accu's grote hoeveelheden energie opgeslagen worden. Bij een kortsluiting kan deze
energie in korte tijd vrijkomen. Daaruit volgt dat op de plaats van een kortsluiting veel warmte kan vrijkomen en tot
brand kan leiden.
Aansluiting van de zonne-energieregelaar
De spanningen en de stroomsterkten van alle componenten (zonnepaneel, accu, verbruikers en MPPT-zonne-energieregelaar)
moeten op elkaar afgestemd zijn. Controleer daartoe de informatie op het typeplaatje. Gelieve u in geval van twijfel tot uw
vakhandelaar te wenden.
Let in elk geval op de juiste polariteit.
Wanneer u de accu verkeerd hebt aangesloten (omgepoold), gaat de rode LED 9 branden.
Aanwijzing: Bij ompoling aan de belastingsuitgang kunnen toestellen die zelf niet door zekeringen beschermd worden,
beschadigd worden. De desbetreffende verbruikers moeten dus individueel door zekeringen worden beschermd.
Om een betrouwbare werking te waarborgen, moet u er in elk geval op letten dat u bij het aansluiten van de afzonderlijke
systeemcomponenten de juiste volgorde in acht neemt.