21
Nederlands
7. Het kontroleren van het as-vergrendelme-chanisme:
Gekontroleerd moet worden of het
asvergrendelmechanisme losgemaakt is, door twee
of drie keer voor het aanschakelen van het apparaat
op de drukknop te drukken (Zie
Afb. 1
)
8. Bevestigen van de handgreep
Schroef de handgreep in de behuizing vast.
PRAKTISCH SCHUURWERK
1. Druk
Voor de levensduur van de machine en voor prima
werk is het belangrijk, dat de machine niet door te
sterke druk overbelast wordt. Bij het meeste gebruik
is het gewicht van de machine voor doeltreffend
schuren voldoende. Te sterke druk leidt tot een
verminderd toerental, slecht afgewerkt oppervlak en
een overbelasting die de levensduur van de machine
zou kunnen verminderen.
2. Schuurhoek
Niet de totale oppervlakte van de schuurschijf op
het te schuren materiaal leggen. De machine moet
in een hoek van 15° – 30° gehouden worden, zoals
afgebeeld in
Afb. 3
, zodat de buitenkant van de
schuurschijf het werkstuk in een optimale hoek
aanraakt.
3.
Opdat een nieuwe schuurschijf zich niet in het
werkstuk graaft, moet met het begin van het
schuurwerk zo uitgevoerd worden, dat de
schuurmachine over het werkstuk naar degene, die
de machine bedient, getrokken wordt (
Afb. 3 richting
B
). Wanneer de voorkant van de schuurschijf
desbetreffend afgeschuurd is, kan het schuren in
beide richtingen uitgevoerd worden.
4. Bediening van de schakelaar
[Als de schakelaar beschikt over een
vergrendelmechanisme]
Inschakelen: Om het apparaat in te schakelen,
schuift u de vergrendelhendel in de
richting van
A
en drukt u de
schoephendel in de richting van
B
,
zoals wordt getoond in
Afb. 4-a
.
Bovendien dient u de vergrendelhendel
in de richting van
C
te schuiven, zoals
getoond in
Afb. 4-b
, terwijl u de
schoephendel indrukt zodat de
schakelaar vergrendeld wordt, zodat
het apparaat ingeschakeld blijft.
Uitschakelen: Om de vegrendeling van de schakelaar
op te heffen, dient u de schoephendel
in de richting van
B
te schuiven, zoals
getoond in
Afb. 4-a
, en de hendel
vervolgens los te laten, zodat u het
apparaat uitschakelt.
[Als de schakelaar geen vergrendelmechanisme heeft]
Om het apparaat in te schakelen, schuift u de
vergrendelhendel in de richting van
A
en drukt u
de schoephendel in de richting van
B
, zoals wordt
getoond in
Afb. 4-a
, Laat de schoephendel los om
het apparaat uit te schakelen.
OPMERKING:
De schoephendel kan niet vergrendeld worden.
5. Veiligheidsmaatregelen onmiddellijk na beëindiging
van het werk.
Na het uitschakelen mag de machine pas neergelegd
worden, wanneer de schuurschijf volledig tot
stilstand gekomen is. Afgezien van dat u hiermee
ongelukken vermijdt, wordt door deze
veiligheidsmaatregel tevens vermeden, dat stof en
spaanders in de machinegezogen worden.
LET OP
䡬
Wanneer de machine niet gebruikt wordt, moet de
stekker uit het stopcontact getrokken worden.
MONTEREN EN DEMONTEREN VAN DE
SCHUURSCHIJF (Afb. 1)
VOORZICHTIG:
Zorg ervoor dat de stroom is uitgeschakeld (OFF)
en dat de stekker uit de stroom-aansluiting is
getrokken.
Dit om ernstige problemen te voorkomen.
1. Monteren (Afb. 1)
(1) De machine op de kop zetten, zodat de as naar
boven wijst.
(2) De onderlegschijf op de as zetten.
(3) De schuurschijf of het diamantzaagblad met het
vooruitstekende stuk op de onderlegschijf zetten.
(4) De moer op de as schroeven.
(Voor het monteren van een diamantzaagblad plaatst
u de bout met de bolle kant tegen het
diamantzaagblad.)
(5) De drukknop indrukken, opdat draaien van de as
verhinderd wordt en de moer voor de schuurschijf
met de tot het gereedschap horende sleutel
aandraaien, zoals aangetoond wordt in
Afb. 1
.
2. Demonteren
Het demonteren geschiedt in omgekeerde volgorde.
VOORZICHTIG
䡬
Kontroleer of de schuurschijf stevig vastzit.
䡬
Kontroleer of de vergrendelpen vrij is door de
drukknop twee of drie keer in te drukken, alvorens
het elektrische gereedschap in te schakelen.
ONDERHOUD EN INSPECTIE
1. Kontrole van de schuurschijf
Er moet op gelet worden, dat de schuurschijf zonder
scheurtjes en foutjes aan de oppervlakte is.
2. Inspectie van de bevestigingsschroef
Alle bevestigingsschroeven worden regelmatig
geinspecteerd en gekontroleerd of zij juist
aangedraaid zijn. Wanneer één van de schroeven
losraakt, dan moet deze onmiddellijk opnieuw
aangedraaid worden. Gebeurt dat niet, dan kan dat
tot aanzienlijke gevaren leiden.
3. Inspectie van de koolborstels (Afb. 5)
Bij de motor zijn koolborstels gebruikt, die
onderhevig zijn aan slijtage. De motor kan
beschadigd worden wanneer de koolborstels
versleten zijn. De motor stop automatisch wanneer
deze voorzien is van auto-stop koolborstels.
In dit geval dienen beide koolborstels vervangen te
worden door nieuwe borstels van hetzelf de nummer,
zoals de afbeelding laat zien. Bovendien moeten de
koolborstels zich in de borstelhouders vrij kunnen
bewegen.
Summary of Contents for G 12Se
Page 39: ...38 1 2 3 4 5 ...
Page 40: ...39 e ά ...