79
Nederlands
(*3) Koppeling met apparaat
OPMERKING
○
Nadat beide apparaten beginnen met zoeken (licht
knippert), duurt het ongeveer 1 tot 3 seconden om het
koppelen te voltooien (licht aan). Koppelingstijd kan
afhankelijk van de afstand of obstakels variëren.
○
Na het inschakelen van dit product, heeft de stofafzuiger/
snoerloze reiniger ongeveer 0,5 seconden nodig om IN
te schakelen.
○
Na het inschakelen van dit product, heeft de stofafzuiger/
snoerloze reiniger ongeveer 0,5 seconden nodig om IN
te schakelen. Wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld
zal het nog een aantal seconden ingeschakeld blijven
zodat al het stof in de slang wordt opgezogen.
○
Wanneer u aan de schakelaar trekt terwijl het product
aan het zoeken is (het koppelingsmodus
-
lampje
knippert) wordt de motor geactiveerd.
Wanneer de koppeling is voltooid (licht aan), zal de
stofafzuiger/snoerloze reiniger inschakelen.
○
Wanneer de stofafzuiger/snoerloze reiniger en dit
product in de koppelingsmodus staan, zal de stroom
automatisch worden uitgeschakeld als geen van de
apparaten voor twee uur wordt bediend.
○
Als er geen koppelingssignaal is voor twee minuten, zal
de stroom automatisch worden uitgeschakeld.
○
Het verwijderen van de accu zal ervoor zorgen dat het
apparaat naar de onafhankelijke bedieningsmodus
wisselt.
○
Als u voorbij de communicatieafstand gaat, keert het
apparaat terug naar de onafhankelijke bedieningsmodus.
○
De e
ff
ectieve communicatieafstand voor een draadloze
koppeling is ongeveer 10 meter.
Als er zich obstakels tussen het elektrisch gereedschap
en de stofafzuiger/snoerloze reiniger bevinden, kan de
e
ff
ectieve afstand mogelijk korter zijn.
WAARSCHUWINGSSIGNALEN LED-
LAMPJE (Afb. 41)
Dit product is voorzien van functies die ontworpen zijn om
zowel het gereedschap zelf als de accu te beschermen.
Terwijl de schakelaar is uitgetrokken, en als een van
de beschermende functies geactiveerd wordt tijdens
gebruik, zal het LED
-
lampje knipperen zoals beschreven in
Tabel 3
. Verwijder, wanneer een van de veiligheidsfuncties
geactiveerd wordt, uw vinger van de schakelaar en volg de
onder corrigerende maatregelen beschreven instructies.
Afb. 41
Tabel 3
Veiligheidsfunctie
Weergave LED
-
lampje
Corrigerende maatregelen
Overbelastingsbeveiliging
Aan 0,1 seconde/uit 0,1 seconde
Verwijder de oorzaak van de overbelasting.
Temperatuurbescherming
Aan 0,5 seconde/uit 0,5 seconde
Laat het gereedschap en de batterij door en
door afkoelen.
SPAANDERS VERWIJDEREN
WAARSCHUWING
Zorg bij het verwijderen van spaanders ervoor dat het
apparaat is uitgeschakeld en dat de batterij is verwijderd.
OPMERKING
○
Het verzamelen van spaanders zal minder e
ffi
ciënt
gebeuren als het apparaat wordt gebruikt wanneer de
binnenkant van het zaagdeksel vol met spaanders zit.
Zorg ervoor dat u de spaanders verwijdert voordat de
binnenkant van het zaagdeksel vol is.
○
Zorg bij het verwijderen van de spaanders ervoor dat u
ze niet in de motor of de batterijhouder laat komen.
(1) Druk op de haak onder de stofkap, open de stofkap en
verwijder de spaanders die in het zaagdeksel zitten.
(
Afb. 36
)
(2) Sluit de stofkap en maak deze met de haak vast.
OF
(1) Richt het zaagdeksel omlaag, draai de vleugelmoer los,
verwijder het zaagdeksel (A) en verwijder de spaanders
die opgehoopt zijn in het zaagdeksel. (
Afb. 37
)
(2) Bevestig het zaagdeksel (A) en zet het vast met de
vleugelmoer.
OPMERKING
Als zich zaagsel of andere deeltjes hebben opgehoopt
aan de binnenkant van het zaagdeksel (B), zie dan
pagina 80 „De binnenkant van het zaagdeksel reinigen”.
ONDERHOUD EN INSPECTIE
1. Inspecteren van het zaagblad
Omdat gebruik van een bot zaagblad de prestaties
verslechtert en kan leiden tot storingen aan de motor,
moet u het zaagblad slijpen of vervangen zodra u merkt
dat het versleten is.
2. Inspectie van bevestigingsschroeven
Controleer alle bevestigingsschroeven regelmatig en
zorg ervoor dat ze goed aangedraaid zijn. Draai los
zittende schroeven onmiddellijk vast. Doet u dit niet, dan
kunnen ernstige gevaren het gevolg zijn.
3. Onderhoud motoreenheid
De motorwikkeling is een belangrijk onderdeel van het
instrument. Voorkom schade en wees voorzichtig om
contact met het schoonmaakolie of water te vermijden.
Na 50 uur gebruik, reinig de motor door te blazen in de
ventilatie
-
openingen van de motorbehuizing met droge
lucht uit een luchtpistool of ander gereedschap (
Afb. 42
).
Stof of ophoping van deeltjes in de motor kan resulteren
in schade.
0000Book̲C3605DYA̲EU.indb 79
0000Book̲C3605DYA̲EU.indb 79
2019/01/23 11:11:48
2019/01/23 11:11:48