e
e
87
86
Optie 2: De kookplaat is apart aangesloten op de spanningsonderbreker (af-
beelding 9, rechts).
De kookplaat met het grootste vermogen op de hoogste stand inschake-
len.
Bedieningstoets (2) indrukken.
De sensorunit bevestigt de herkenning van het fornuistype met akoesti-
sche en optische signalen.
Kookplaat uitschakelen.
De handmatige kalibratie van optie 2 is voltooid.
Bij een inductiefornuis moet voor de inbedrijfstelling een geschikte pan op het
fornuis worden geplaatst.
5.4 Gekleurde stroken van de sensorunit vervangen
Met de meegeleverde gekleurde stroken kan de sensorunit aan de kleur van
de muur worden aangepast.
Sensorunit voorzichtig van de montagehouder af trekken (8).
Frontplaat (6) van de sensorunit verwijderen door hem aan de achterkant
omhoog te duwen.
Gekleurde strook naar keuze op de sensorunit aanbrengen.
Bij het aanbrengen van de gekleurde strook op de sensorunit erop letten
dat er geen sensor wordt bedekt.
Transparante frontplaat op de sensorunit bevestigen.
Sensorunit op de montagehouder (8) duwen.
6 Bijlage
6.1 Technische gegevens
Sensorunit
Batterijtype
AA/LR6 alkaline
Aanbevolen batterijtype
Duracell Ultra Power (MX1500)
Levensduur van de batterijen
3 ... 5 jaar
Geluidsdruk op 1 m afstand
70 ... fase75 dB (A)
Zendfrequentie
2.4 GHz
Reikwijdte
10 ... 100m, afhankelijk van de structuur van het gebouw
Afmetingen (b x h x d)
125 x 17 x 45mm
Vervuilingsgraad 2
Spanningsonderbreker
Nominale spanning, 3-fasig
400 V
Nominale stroom, 3-fasig
3 x 16 A
Aderdoorsnede, 3-fasig
5 x 2,5 mm²
Nominale spanning, 1-fasig
230 V
Nominale stroom, 1-fasig
1 x 25 A
Aderdoorsnede, 1-fasig
3 x 6 mm²
Energieverbruik
4 W
Vervuilingsgraad 2
Meet-stootspanning
4 kV
Bedrijfstemperatuur
+5 ... +35 °C
Kogeldruktest
100 °C
Kruipstroomweerstand (PTI)
175 ... 400
Aantal schakelprocessen
ca. 6000
Afmetingen (L x B x H)
239 x 113 x 42 mm
Beschermingsklasse
IP20
Norm
IEC/EN 60730-1: type 1.B
DIN EN 50615
Potentiaalvrije contacten
Nominale spanning
DC 3 ... 24 V
Nominale stroom
max. 10 mA
6.2 Hulp bij problemen
Stroomtoevoer naar het fornuis is onderbroken.
Oorzaak 1: de batterijstatus van de sensorunit is te laag. Batterijstatusindicatie (7)
knippert.
Batterijen vervangen.
Oorzaak 2: de montagepositie van de sensorunit is onjuist en de status-led (5)
knippert geel (●●●).
De montagepositie van de sensorunit controleren en indien nodig corrigeren
(afbeelding 6).
Oorzaak 3: de draadloze verbinding is verbroken en de status-led (5) knippert
blauw (●).