211
6.3 Controle van de kalibratie
Bij controle van de kalibratie wordt de kalibratie-
waarde berekend door het chemicaliënverbruik in
een specifieke periode af te lezen en dit te vergelij-
ken met het aantal uitgevoerde doseerslagen in de-
zelfde periode.
Deze kalibratiemethode is erg nauwkeurig en bijzon-
der geschikt voor een kalibratie controle na een lan-
gere bedrijfsperiode of indien directe kalibratie niet
mogelijk is. De kalibratie kan bijvoorbeeld worden
uitgevoerd wanneer de chemicaliëntank vervangen
of gevuld wordt.
Voor het uitvoeren van een kalibratie controle, han-
del als volgt:
1.
Zet de pomp in de pauze stand door de
-
toets in te drukken.
2.
Lees de teller af en noteer het aantal doseersla-
gen, zie paragraaf 4.16.
3.
Lees en noteer de hoeveelheid in de chemica-
liëntank.
4.
Schakel de pomp in met behulp van de
-
toets en houd de pomp tenminste 1 uur in bedrijf.
Hoe langer de pomp in bedrijf is des te nauwkeu-
riger de kalibratie zal zijn.
5.
Schakel de pomp uit door de
-toets in te
drukken.
6.
Lees de teller af en noteer het aantal doseersla-
gen, zie paragraaf 4.16.
7.
Lees en noteer de hoeveelheid in de chemica-
liëntank.
8.
Bereken de gedoseerde hoeveelheid in ml en het
aantal doseerslagen gedurende de tijd dat de
pomp in bedrijf was.
9.
Bereken de kalibratiewaarde als volgt:
(gedoseerde hoeveelheid in ml/aantal doseersla-
gen) x 100.
10. Voer de berekende waarde in het kalibratiemenu
onder indirecte kalibratie in, zie paragraaf 6.2.
7. Onderhoud
De pomp is onderhoudsvrij. Het is echter aan te be-
velen de pomp schoon te houden.
De doseerpomp is volgens de hoogste kwaliteitsnor-
men vervaardigd en heeft daardoor een lange le-
vensduur. De pomp bevat echter onderdelen die
kunnen verslijten, zoals een membraan, klepzittin-
gen en klepkogels.
Om een lange levensduur en een minimaal storings-
risico te kunnen waarborgen dient regelmatig een vi-
suele controle te worden uitgevoerd.
Het is mogelijk pompkoppen, kleppen en membra-
nen te bestellen, uitgevoerd in materialen die ge-
schikt zijn voor de specifieke te verpompen vloeistof.
Zie hiervoor de artikelnummers aan het eind van
deze instructies.
8. Service
Alvorens de pomp aan Grundfos te retourneren voor
service, dient de veiligheidsverklaring te worden in-
gevuld door bevoegd personeel en op een zichtbare
plaats aan de pomp te worden gehecht.
N.B.: Indien een pomp is gebruikt voor een vloeistof
die schadelijk voor de gezondheid of giftig is, wordt
deze pomp als verontreinigd beschouwd.
Indien Grundfos verzocht wordt een pomp in service
te nemen, dient verzekerd te worden dat de pomp
vrij is van schadelijke of giftige stoffen. Indien de
pomp voor dergelijke substanties gebruikt is, dient
de pomp eerst te worden gereinigd alvorens deze te
retourneren.
Indien een grondige reiniging niet mogelijk is, dient
alle relevante informatie over het verpompte medium
te worden verstrekt.
Indien het bovenstaande niet is uitgevoerd, kan
Grundfos weigeren de pomp in service te nemen.
Eventuele kosten voor het retourneren of reinigen
van de pomp zijn voor rekening van de klant.
De veiligheidsverklaring kan aan het eind van deze
instructie worden gevonden.
N.B.: De vervanging van de voedingskabel mag al-
leen worden gedaan door een erkende Grundfos
werkplaats.