34
van de pomp, maar start de pompmotor niet. Wanneer de
schakelaar in deze positie is, kan de pomp worden bediend met
behulp van de pendelknop(pen). Zie sectie 5.3 voor pendeldetails.
Indrukken van het onderste “UIT”-gedeelte van de schakelaar
schakelt de pendelknop(pen) uit.
Op Modellen WUD-1100B/E en WUD-1101B/E alleen, start
de pompmotor door het onderste “MOM”-gedeelte van de
schakelaar ingedrukt te houden. Het loslaten van de schakelaar
stopt de motor en bevrijdt de klemdruk. Indien gewenst, kan
het “MOM”-gedeelte van de schakelaar worden gebruikt als een
alternatief voor de pendelklemknop
5.3 Pendelbediening
Modellen WUD-1100B/E en WUD-1101B/E
Figure 6, Pendel,
WUD-1100B/E en
WUD-1101B/E modellen
Klemknop
Deze
pompen
gebruiken
enkelwerkende cilinders in
montagetoepassingen waar geen
drukmontagefunctie vereist is.
Door op de pendelklemknop
te drukken start de motor en
verschuift de regelklep.
Als de pendelklemknop blijft
ingedrukt, stopt de motor
automatisch wanneer de klemdruk
de
drukschakelaarinstelling
bereikt (raadpleeg artikel 8.0).
Als
de
pendelklemknop
wordt losgelaten voordat de
drukschakelaarinstelling is bereikt, stopt de motor en wordt de
klemdruk vrijgegeven.
BELANGRIJK:
Modellen WUD-1100B/E en WUD-1101B/E leveren
geen drukspanfunctie. Klemdruk wordt losgelaten wanneer de
motor stopt.
Modellen WUD-1300B/E en WUD-1301BB/E
Figure 7, Pendel,
WUD-1300B/E en
WUD-1301B/E modellen
Klemloskoppel-
knop
Klemknop
Deze
pompen
gebruiken
enkelwerkende cilinders in
montagetoepassingen waar geen
drukspanfunctie vereist is.
Door op de pendelklemknop te
drukken start de motor. Als de
pendelklemknop blijft ingedrukt,
stopt de motor automatisch
wanneer de klemdruk de
drukschakelaarinstelling bereikt
(raadpleeg artikel 8.0). De
klemdruk blijft behouden nadat
de motor stopt.
Als
de
pendelklemknop
wordt losgelaten voordat de
drukschakelaarinstelling is bereikt, stopt de motor. Gedeeltelijke
klemdruk zal worden gehandhaafd nadat de motor stopt.
Door op de pendelklem loskoppelknop verschuift de regelklep en
bevrijdt de klemdruk
Opmerking:
Alle WUD-pompmodellen: Als de pendelklemknop
wordt losgelaten voordat de volledige drukschakelaarinstelling
is bereikt, doet er zich mogelijk een kleine bijkomende
cilinderverplaatsing voor terwijl de motor stopt. Deze beweging is
normaal.
6.0 BESCHERMINGSAPPARATUUR
6.1 Thermische schakelaar
Ter bescherming van de pomp tegen schade, schakelt een interne
thermische schakelaar de motor uit wanneer de hydraulische olie
temperatuur 65 °C [150 °F] bereikt. Wanneer de temperatuur daalt
tot 54 °C [130 °F] wordt de schakelaar automatisch gereset.
6.2 Stroomonderbreker
ON
OFF
MOM
CIRCUIT BREAKER
Press to Reset
CIRCUIT BREAKER
Press to Reset
Figuur 8, De
stroomonderbreker
In het geval van een elektrische
overbelasting schakelt de
pomp
stroomonderbreker
uit. Na het onderzoeken en
corrigeren van de bron van
de overbelasting, op de
s t r o o m o n d e r b r e k e r k n o p
drukken om te resetten (zie
figuur 8).
WAARSCHUWING:
Om letsel en schade
aan de apparatuur te
voorkomen mogen de cilinders
niet verder onder druk worden
geplaatst nadat ze de maximale
verplaatsing of maximale werkdruk hebben bereikt.
7.0 ONTLASTKLEP AFSTELLING
Een door de gebruiker instelbare externe ontlastklep bevindt zich
onder een hex-dop aan de rechterkant van de pomp (zie figuur 9).
Deze is afstelbaar van ongeveer 350 bar [5.000 psi] naar onder tot
ongeveer 100 bar [1450 psi].
Figuur 9, Externe ontlastklep (inbuskopschroef verwijderd)
Borgmoer
Afstelschroef
Verstel de ontlastklep zoals beschreven in de volgende stappen:
1. Installeer een stekker in de regelklep uitgangspoort.
2. Verwijder de inbuskopschroef die de ontlastklep afstelschroef
afdekt.
3. Met behulp van een inbussleutel, draai de stelschroef een
volledige slag naar links.
4. Laat de pompmotor werken, lees de meterlezing af voor de
gewenste maximale druk. Stop de pomp.
5. Indien nodig, verstel de instelling naargelang de vereiste totdat
de gewenste maximale druk wordt bereikt.
Opmerking:
Om de meest precieze instelling te verkrijgen, altijd
beginnen met een lagere druk en aanpassen tot de gewenste
drukinstelling
.
6. Controleer de ontlastklepinstelling door de pomp meerdere
keren te doen werken. Als de meterlezing telkens dezelfde is,
is de instelling stabiel.
7. Installeer de inbuskopschroef opnieuw om de afstelschroef te
dekken.
