Problemen bij de GPS-ontvangst
De hieronder vermelde omgevingscondities kunnen tot een slechte GPS-ontvangst en daar-
mee tot foutieve positiebepalingen leiden. Probeer tijdens de werking dergelijke condities te
vermijden.
• Gebruik in tunnels of gebouwen (in het bijzonder in constructies van gewapend beton of bij
ramen met opgedampt isolatieglas).
• Werking in voertuigen achter zonweringstroken of raamverwarming.
• Gebruik in de buurt van elektrische apparatuur (vooral bij apparatuur met radiogra
fi
sche
zendeenheden).
• Gebruik in de buurt van sterke elektromotoren of transformatoren.
• Gebruik in de buurt van hoge gebouwen.
• Gebruik in dichtbegroeide bossen.
Onderhoud en service
• Afgezien van een incidentele schoonmaakbeurt is het apparaat onderhoudsvrij.
• Gebruik voor de reiniging een zachte en droge doek.
• Gebruik in geen geval schurende of chemische schoonmaakmiddelen die de behuizing kun-
nen aantasten.
Verwijdering
a) Product
Elektronische apparaten bevatten voor recycling geschikte materialen en mogen
niet bij het huishoudelijk afval!
Voer het product aan het einde van zijn levensduur conform de geldende wettelijke
bepalingen af.
Verwijder evt. geplaatste batterijen en voer deze, gescheiden van het product, af.
b) Batterijen en accu’s
U bent als eindverbruiker volgens de KCA-voorschriften wettelijk verplicht alle lege batterijen
en accu’s in te leveren; verwijdering via het huishoudelijk afval is niet toegestaan!
Batterijen/accu’s die schadelijke stoffen bevatten, worden gemarkeerd door ne-
venstaande symbolen. Deze symbolen duiden erop dat afvoer via het huishoude-
lijk afval verboden is. De aanduidingen voor de betreffende zware metalen zijn:
Cd=cadmium, Hg=kwik, Pb=lood (aanduiding wordt op de batterijen/accu’s vermeld,
bijv. onder het links afgebeelde vuilnisbakpictogram).
Uw lege batterijen/accu’s kunt u kosteloos inleveren bij de inzamelpunten in uw gemeente, bij
al onze vestigingen en overal waar batterijen/accu’s worden verkocht!
Zo voldoet u aan de wettelijke verplichtingen en draagt u bij aan het beschermen van het milieu.
Technische gegevens
Bedrijfsspanning .................................. 3 V/DC
Batterijen ............................................. 2 x 1,5 V-microcel AAA
Bedrijfsduur ......................................... ca. 27 u
Geheugenplaatsen waypoints ............ 5
Koude start .......................................... < 60 seconden
Warme start ......................................... < 20 seconden
Nauwkeurigheid positiebepaling .......... 5 m
Omgevingstemperatuur ....................... -10 °C tot +60 °C
Afmetingen .......................................... 53 x 88 x 26 mm
Gewicht ................................................ ca. 80 g
Conformiteitsverklaring
Hierbij verklaart de fabrikant dat dit product in overeenstemming is met de voorwaarden en alle
relevante voorschriften van de richtlijn 1999/5/EG.
De bij dit product behorende conformiteitsverklaring kunt u vinden op www.conrad.com.
Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van de
fi
rma Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1,
D-92240 Hirschau (www.conrad.com).
Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld
fotokopie, microver
fi
lming of de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen
de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk, ook van uittreksels, verboden.
Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen. Wijziging van
techniek en uitrusting voorbehouden.
© Copyright 2013 by Conrad Electronic SE.
V1_1113_01/HD
Gebruiken van de kompas
• Na de eerste keer inschakelen bevindt het apparaat zich in de kompas-modus .
• In deze bedrijfsmodus geeft de pijl van de richtingsaanduiding (a) het noorden aan.
• De kompas-/afstandsaanduiding (b) geeft de hoek tussen de bewegingsrichting van de ge-
bruiker en het noorden weer. Als de gebruiker bijv. in oostelijke richting beweegt, geeft de
indicator 90° weer.
a
b
Gebruik in waypoint-modus
• Druk op de PAGE-toets (1), om de gewenste waypoint-modus
te kiezen.
• In elk van deze modi kan een waypoint worden opgeslagen. De werking is in alle modi gelijk.
De symbolen dienen alleen ter onderscheiding van de verschillende waypoints.
• Het vastleggen van de waypoints kan door het opslaan van de actuele coördinaten of door
het invoeren van bekende coördinaten (zie verder hieronder).
• Wanneer de vereiste waypoints zijn opgeslagen, geeft de pijl van de richtingsaanduiding (a)
de richting naar het opgeslagen waypoint (c) weer.
• In de coördinatenaanduiding (b) verschijnen de coördinaten van het opgeslagen waypoint.
• De kompas-/afstandsaanduiding (d) geeft de afstand naar het opgeslagen waypoint aan. De
eenheid van deze weergave kan met de UNIT-toets (3) worden omgeschakeld.
a
b
c
d
Door het opslaan van een waypoint worden de gegevens die vooraf op deze geheu-
genplaats werden geplaatst, gewist. Kies voor het opslaan van waypoints dus alleen
symbolen die nog niet bezet zijn of waarvan de gegevens niet meer nodig zijn.
Opslaan van de actuele coördinaten
• Druk op de PAGE-toets (1) tot het symbool van het gewenste waypoint wordt weergegeven.
• Wanneer u zich op het gewenste waypoint bevindt (bijv. parkeerplaats van uw voertuig die
u wilt markeren), druk dan op de MARK-toets (9) tot de kompas-/afstandsindicator (d) “0”
weergeeft. Het waypoint is hiermee opgeslagen.
• De richtingsindicator (a) knippert om aan te geven, dat u zich op het opgeslagen waypoint
bevindt.
• Wanneer u zich nu van het waypoint verwijdert, geeft de pijl van de richtingsindicator (a) de
richting en de kompas-/afstandsindicator (d) de afstand naar het opgeslagen waypoint weer.
Voor het opslaan van de actuele coördinaten en een feilloze GPS-ontvangst een
vereiste.
Invoeren van bekende coördinaten
• Druk op de PAGE-toets (1) tot het symbool van het gewenste waypoint (c) wordt weergegeven.
• Druk op de UNIT-toets (3) tot de coördinatenindicator (b) “000.000000” weergeeft.
• Kies met de PAGE- (1) en UNIT-toets de in te stellen plaats en voer met de MARK-toets (9)
de gewenste waarde in.
• Druk drie seconden op de UNIT-toets (3) om het waypoint op te slaan wanneer alle waarden
zijn ingevoerd.
Er is geen GPS-ontvangst noodzakelijk wanneer bekende coördinaten worden ingevoerd.
Het invoeren van de coördinaten geschiedt in graden-/decimaalminuten-notatie.
Indien uw gegevens een andere notatie hebben, moeten ze eerst worden omge-
rekend. Hiervoor vindt u op het internet verschillende sites, die het automatisch
omrekenen.