45
2.3
Draag altijd een complete bescherming voor uw
lichaam.
3. De elektrische schokken die door de toorts of de kabel
veroorzaakt worden, kunnen dodelijk zijn. Bescherm
u tegen het gevaar voor elektrische schokken.
3.1
Draag isolerende handschoenen. Draag nooit
vochtige of kapotte handschoenen.
3.2 Controleer of u van het te snijden stuk en de vloer
geïsoleerd bent.
3.3
Haal de stekker van de voedingskabel uit het
stopcontact alvorens u werkzaamheden aan de
machine verricht.
4. De inhalatie van de dampen die tijdens het snijden
geproduceerd worden, kan schadelijk voor de
gezondheid zijn.
4.1 Houd uw hoofd buiten het bereik van de dampen.
4.2
Maak gebruik van een geforceerd ventilatie- of
afzuigsysteem om de dampen te verwijderen.
4.3 Maak gebruik van een afzuigventilator om de dampen
te verwijderen.
5. De stralen van de boog kunnen uw ogen en huid
verbranden.
5.1
Draag een veiligheidshelm en-bril. Draag een
passende gehoorbescherming en overalls met een
gesloten kraag. Draag helmmaskers met filters
met de juiste filtergraad. Draag altijd een complete
bescherming voor uw lichaam.
6. Lees de aanwijzingen door alvorens u van de machine
gebruik maakt of er werkzaamheden aan verricht.
7. Verwijder de waarschuwingsetiketten nooit en dek ze
nooit af.
2 ALGEMENE BESCHRIJVING
Deze constante gelijkstroomgenerator is ontworpen voor
het snijden van elektrisch geleidende materialen (metalen
en legeringen) met behulp van een plasma-lichtboog. Als
plasmagas kan lucht of stikstof worden gebruikt.
2.1 BESCHRIJVING VAN DE OPBOUW VAN HET
APPARAAT
A) Voedingskabel
B) luchtaansluiting (schroefdraad 1/4” gas vrouwelijk)
C) Netschakelaar
D) Controlelampje netvoeding
E) Instelknop druk
F) Manometer
G) Led thermische beveiliging
H) Massakabelaansluiting
I) Vochtafscheider
L) Led onvoldoende luchtdruk.
M) Regelknopvan de snijstroom
N) Led blokkering; gaat branden in omstandigheden
waardoor de machine niet goed kan functioneren.
O) Led die gaat branden als de functie “SELF-RESTART
PILOT” actief is
P) Drukknop voor in- en uitschakeling van de functie
“SELF-RESTART PILOT”
Q) Vaste toortsaansluiting.
2.2 VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN
Deze installatie is voorzien van de volgende beveiligingen:
Thermische beveiliging:
Om overbelastingen tijdens het snijden te
voorkomen.
Wordt aangeduid door het branden van led
G
(zie afb. 1)
Luchtdruk beveiliging:
Deze veiligheid is op de snijtoortsvoeding
aangebracht, en voorkomt dat het apparaat
functioneert bij een te lage luchtdruk. De beveiliging
wordt aangegeven doordat de led
L
(zie fig.1) gaat
branden.
Openspanning beveiliging:
1)
In het geval van kortsluiting tussen snijhuls en
elektrode in de ontstekingsfase van de boog
2) In het geval van kortsluiting tussen de contacten van
het reedrelais op print
22
(zie explosietekening).
3) Als de elektrode zodanig versleten is dat hij moet
worden vervangen.
In dit geval blokkeert het apparaat; dit wordt aangeduid
doordat led
N
gaat branden.
4) Bovendien is dit apparaat voorzien van automatische
selectie van de voedingsspanning.
• Verwijderde beveiligingen niet.
• Gebruik
uitsluitend
originele
vervangingsonderdelen.
• Vervang eventuele beschadigde onderdelen
van het apparaat of van de snijtoorts altijd door
?
OF
F
Gklaxmzx
, hj x
j
g bnnsxmksksk
ghxnnmzxkxsk
gasuwencm
c
tghsdhjsjksd
jkxc
Ghgopglòdfòxlc òkvfàlxcvò l+dòvòùx
Sm,nxcv,mzx.c ierlòdfb-.èeì’,c mdlò
hsjkklasjlòsòlxc,òz
jhgfjksdhfjksdklcsmkldc
1
1.1
1.2
1.3
2
2.1
2.2
2.3
3
3.1
3.2
3.3
4
4.1
4.2
4.3
5
5.1
6
7
3098464