17
ES RU
DE EN FR
NL
IT
Kleine telescoop-woordenlijst:
Wat betekent eigenlijk…
Barlow-lens:
Met de Barlow-lens, vernoemd naar de uitvinder ervan Peter Barlow (Brits wiskun-
dige en natuurkundige, 1776–1862), kan de brandpuntsafstand van een telescoop
worden vergroot. Al naar gelang het gebruikte soort lens is een verdubbeling of zelfs
een verdrievoudiging van de brandpuntsafstand mogelijk. Daardoor wordt vanzelf
ook een grotere vergroting bereikt. Zie ook „Oculair“.
Brandpuntsafstand:
Alle dingen, die via een optisch systeem (met een lens) een object vergroten, hebben
een bepaalde brandpuntsafstand. We verstaan hieronder de weg die het licht van de
lens tot het brandpunt aflegt. Het brandpunt wordt ook wel de focus genoemd. In de
focus is het beeld scherp. In een telescoop worden de brandpuntsafstanden van de
kijker en van het oculair gecombineerd.
Lens:
De lens buigt het binnenvallende licht zo om, dat er na een bepaalde afstand (de
brandpuntsafstand) in het brandpunt een scherp beeld ontstaat.
Oculair:
Een oculair is een naar je oog toe gericht systeem van één of meer lenzen. Het
oculair neemt het in het brandpunt van een lens optredende scherpe beeld over en
vergroot het nog eens uit.
Om de vergroting te berekenen kun je een eenvoudige rekenformule gebrui-
ken:
Brandpuntsafstand van de verrekijker : brandpuntsafstand van het oculair
= de vergrotingsfactor
Je ziet: Bij een telescoop is de vergroting zowel afhankelijk van de brandpuntsaf-
stand van het oculair als van de brandpuntsafstand van de telescoopbuis zelf.
Vergroting:
De vergroting is het verschil tussen het beeld met het blote oog en het beeld door
een vergrotingsinstrument (bijv. een telescoop). De waarneming met het blote oog
staat gelijk aan 1. Als je nu een telescoop met een 30-voudige vergrotingsfactor
hebt, dan zie je het object door de telescoop 30 keer zo groot als met je ogen. Zie
ook „Oculair“.
Verdere nuttige accessoires kan je vinden op www.bresser.de
Suggesties voor te observeren hemellichamen:
In het volgende hebben we voor je een paar bijzonder interessante hemellichamen
en sterrenhopen uitgezocht en van uitleg voorzien. Op de bijbehorende afbeeldin-
gen aan het eind van de handleiding wordt getoond hoe je deze bij goed zicht en met
de bijgeleverde oculairen door je telescoop zult zien:
De maan
De maan is de enige natuurlijke satelliet van de aarde.
Diameter: 3.476 km
Afstand: ca. 384.400 km van de aarde
De maan is sinds prehistorische tijden bekend. Na de zon is zij het meest heldere
lichaam aan de hemel. Omdat de maan in een maand om de aarde draait, verandert
de hoek tussen de aarde, de maan en de zon voortdurend; dat is aan de cycli van
de maanfasen te zien. De tijd tussen twee op elkaar volgende nieuwemaanfasen
bedraagt ongeveer 29,5 dag (709 uur).
Orion-nevel (M 42)
M 42 in het sterrenbeeld Orion
Afstand: 1.344 lichtjaar van de aarde
Met een afstand van circa 1.344 lichtjaar is de Orionnevel (Messier 42, kortweg
M42) de meest heldere diffuse nevel aan de hemel – met het blote oog zichtbaar,
en een bijzonder lonend object om met telescopen in alle uitvoeringen te bekijken,
van de kleinste verrekijker tot de grootste aardse observatoria en de Hubble Space
Telescope.