25
NL
– Breng geen veranderingen aan het hulpmiddel aan.
– Niet dragen op open wonden.
– Niet gebruiken bij allergie of overgevoeligheid voor een van de gebruikte materialen.
– Niet geschikt voor hergebruik: dit hulpmiddel is uitsluitend bestemd voor het
behandelen van één patiënt.
– Breng tijdens de draagduur van de bandage geen crème of zalf aan op de huid
onder het aangelegde hulpmiddel omdat dit het materiaal kan aantasten.
Aanwijzingen voor het aantrekken
De bovenbeenbrace wordt geleverd met een circulair bandsysteem dat u naar wens
op de bovenbeenbrace kunt aanbrengen (Stap 5).
1
Open de twee kruisbanden en laat de banden naar onderen hangen. Daarbij
ziet u de groene binnenvlakken van velours met de richtingpijlen en de
markeringsstrepen als zogenaamde ‚trekstop’.
Trek de bovenbeenbandage aan terwijl u staat met een iets gebogen knie. Daarbij
moet de functiezone (F) zich ter hoogte van het aangedane gebied bevinden.
Tip:
De bovenbeenbandage kan voor de knie-strekkende (aan de voorkant) maar
ook voor de knie-buigende (aan de achterkant) musculatuur worden gebruikt.
2
Trek nu de eerste kruisband tot de markeringsstreep naar beneden (zie pijl).
Daarbij komt de brede rode markeringsstreep overeen met de maximale trek
(die niet overschreden mag worden).
3
Plak de kruisband nu schuin op het bovenste velours vast.
4
Herhaal deze stap met de tweede kruisband. Hierbij kruist deze band de
andere in de vorm van een X. Het maakt niet uit welke kruisband u het eerst
aanbrengt.