46
47
NL
NL
40005939
40005939
OPMeRKINg:
het is dus niet nodig dat de PLC-programmeercentrale gedurende
deze ontkoppeling in de stand voor verzending van het signaal staat.
OPMeRKINg:
telkens als de cassette wordt verwisseld, moet de verbinding
opnieuw tot stand worden gebracht.
3.7 elektronische vergrende-
ling
Via deze functie kan iedere ongewenste ingreep op het toetsenpaneel worden
voorkomen.
Door gedurende 5 seconden tegelijkertijd op toetsen
+
en
–
te drukken wordt de
toetsenblokkering geactiveerd en is er geen ongewenste verandering van de modus of
de ingestelde temperatuur meer mogelijk. Vervolgens verschijnt het symbool .
Om deze functie te deactiveren dienen de twee toetsen
+
en
–
tegelijkertijd,
gedurende 5 seconden te worden ingedrukt. Het symbool verdwijnt.
OPMeRKINg:
via deze functie worden de wijzigingen van de modi die via een
stuurdraad- of PLC-centrale binnenkomen niet geblokkeerd.
3.8 Kalibratie en ontkoppeling van Comfort en eco-
temperaturen
Dankzij de kalibratie kan een mogelijk verschil worden gecorrigeerd tussen de
temperatuur die in het vertrek is bereikt door de verwarming van het toestel en de
gewenste, ingestelde temperatuur op de thermostaat.
Op die manier kan het verschil in temperatuur worden vastgesteld tussen een
thermometer in het vertrek en de bereikte temperatuur in de modus
COMfORT
.
De toetsen
Boost
en
–
gedurende 5 seconden ingedrukt houden. Op het
display verschijnt “0”.
De thermostaat geeft vervolgens de opdracht de gemeten temperatuur met + of
-5 °C aan te passen met stappen van 0,5 °C door op toetsen
+
of
–
te drukken.
Druk vervolgens op de toets
Boost
om naar de functie temperatuur koppelen/
ontkoppelen van de
eCO
-modus te gaan.
Kies met een druk op toetsen
+
of
–
het volgende:
- Of
: de temperatuur in de
eCO
-modus wordt bepaald door de temperatuur die
in de
COMfORT
-modus werd gekozen, automatisch verlaagd met 3,5°.
- ON
: de temperatuur van de
eCO
-modus kan onafhankelijk van die van de
COM-
fORT
-modus worden geregeld. In de
eCO
-modus kunt u van nu af aan op de toetsen
+
en
–
drukken om de temperatuur met intervallen van 0,5°C te verhogen of te verlagen.
Druk op de toets
Boost
om de functie te verlaten.
Uw toestel verwarmt automatisch in geforceerd bedrijf voor de duur die met de
functie
BOOST
is geselecteerd.
De resterende tijd wordt weergegeven en verdwijnt weer, wanneer de
ingestelde tijd is verstreken.
Onderbreek de
BOOST
door op toets
Boost
te drukken.
knippert om aan te geven dat functie
BOOSTPROg
actief is. Druk, om
deze functie te functie uit te schakelen, op de toets om naar de modus
veRWAR-
MINgSSTOP
te gaan.
OPMeRKINg:
de functie
BOOSTPROg
wordt bij een stroomstoring gedeac-
tiveerd.
3.6 Werking van de programmering (modus AUTO)
WeRKINg vIA eeN PROgRAMMeeRCeNTRAle MeT STUURdRAAd
Het toestel kan op afstand worden geregeld via een programmeercentrale met
stuurdraad. Wanneer deze eenmaal op de installatie is aangesloten (zie hoofdstuk
2.3), herkent deze automatisch deze centrale.
WeRKINg vIA eeN PROgRAMMeeRCeNTRAle MeT PlC, KOPPelINg/
ONTKOPPelINg vAN de CeNTRAle MeT PlC
Druk ongeacht de weergave op het display gedurende 10 seconden op de toet-
sen
Boost
en
+
. Vervolgens verschijnt het symbool en knippert: het toestel wacht
op ontvangst van een signaal voor aansluiting op een PLC-centrale (zie de gebruik-
saanwijzing van de centrale om het verzenden van het aansluitsignaal te activeren).
De verbinding met de centrale op gang brengen en vervolgens 1 keer op de toets
Boost
drukken.
knippert niet meer: het toestel is voortaan gekoppeld aan deze zendcen-
trale. Om dit proces te verlaten, tegelijkertijd op de toetsen
Boost
en
+
drukken.
Als het apparaat het PLC-signaal niet kan vinden, zal het na 2 minuten automa-
tisch uit de verbindingsmodus gaan.
Druk gedurende 10 seconden op de toetsen
Boost
en
+
om het toestel te ont-
koppelen van deze PLC-centrale, ongeacht wat er op het display wordt weergegeven.
Het symbool knippert. Druk 20 seconden op de toets
Boost
totdat het
knipperen versnelt en laat de toets vervolgens los. In de auto-modus knippert het sym-
bool : het toestel is voortaan niet meer gekoppeld aan de PLC-centrale.
De cassette
plaatsen (option)
Deksel
Het toestel kan op afstand worden geregeld
door een programmeercentrale met PLC (Power Line
Communication, datacommunicatie via de elektrici-
teitsdraad)* volgens standaard X2D. Daarvoor is het
nodig de interfacecassette voor Power Line Communi-
cation te plaatsen en het deksel te sluiten.
Содержание 40005939
Страница 58: ...114 PL 40005939 ...