INstAllAtIe • Ingebruikname
© wodtke GmbH - Tübingen.
WK01_BA_190718
|
Pagina 70 / 76
10.3 Montage van het toestel
D
00000
72
15
7
1
1 Wandconsole
f
Hang het toestel met de ophangsleuven in de achterzijde
van het toestel op de beugels van de wandhouder.
f
Zet het toestel rechtop.
f
Druk het toestel, om het vast te zetten, naar de wand tot
het hoorbaar vastklikt in de twee bovenste veren van de
wandhouder.
D
00000
72
15
8
1
2
1 Toestel
2 Borgschroef
f
Zet het toestel vast met de meegeleverde borgschroef aan
de linkerzijde van de wandhouder, zodat het toestel niet on-
gewenst kan loskomen.
10.4 Demontage van het toestel
f
Draai de borgschroef uit de wandhouder.
f
Maak het toestel los door de bovenaan op de wandhouder
aangebrachte veren omlaag te duwen.
f
Kantel het toestel naar voor en hef het van de onderste beu-
gels van de wandhouder af.
10.5 Elektrische aansluiting
WAArscHUWINg elektrische schok
- Voer alle werkzaamheden voor elektriciteitsaanslui-
tingen en montage uit conform de voorschriften.
- Bij een vaste aansluiting moet het toestel met een
afstand van ten minste 3 mm op alle polen van het
stroomnet kunnen worden losgekoppeld.
- Installatie op een vaste elektrische aansluitkabel is
niet toegestaan.
Info
- Houd rekening met de specificaties op het typepla-
tje. De aangegeven spanning moet overeenkomen
met de netspanning.
- Let erop dat ter plaatse de diameter van de toevoer-
leiding voldoende is.
Het toestel wordt stekkerklaar geleverd. De volgende elektrische
aansluitingen zijn mogelijk:
wodtke comfort
Aansluiting op een vrij toegankelijk, geaard stop-
contact met overeenkomstige stekker
X
Vaste aansluiting met een geaarde contactdoos
X
- Let er bij het aansluiten op een stopcontact op dat het stop-
contact na de installatie van het toestel vrij toegankelijk is.
- Wanneer u het toestel vast aansluit, kort dan de stroomkabel
op een wijze in dat deze direct naar de toestelaansluitdoos
leidt. Zorg er bij het inkorten van de stroomkabel voor dat
het toestel nog probleemloos van de montagewand kan
worden afgenomen.
11. Ingebruikname
Het toestel is bedrijfsklaar, als u het aan de montagewand beves-
tigd heeft en het elektrisch aangesloten heeft.
f
Verwijder de beschermfolie van de bedieningseenheid.
12. Storingen verhelpen
f
De stroomkabel mag bij beschadiging of vervanging alleen
worden vervangen door een origineel onderdeel en door
een installateur die daartoe door de fabrikant gemachtigd is.
13. Overdracht van het toestel
Leg aan de gebruiker uit hoe het toestel werkt. Schenk daarbij
vooral aandacht aan de veiligheidsaanwijzingen. Geef de bedie-
nings- en installatiehandleiding aan de nieuwe gebruiker.