
nl
Aanwijzingen voor het onderhoud
60
Wilo SE 2019-10
ƒ
Grotere modules bij de vervanging zorgvuldig aan hijswerktuigen bevestigen en bor-
gen.
ƒ
Defecte machineonderdelen onmiddellijk vervangen.
ƒ
Controleren of schroefkoppelingen goed vastzitten, aandraaimomenten in acht ne-
men.
Na beëindiging van de onderhoudswerkzaamheden dient te worden gecontroleerd of
de veiligheidsvoorzieningen goed werken.
Wilo beveelt aan om bij reparaties aan de pomp die voor het eerst worden uitgevoerd
Wilo-personeel in te schakelen. Uw onderhoudspersoneel kan dan gelijktijdig worden
geschoold. Ook beveelt Wilo de opstelling van een onderhoudsschema aan.
Neem na beëindiging van onderhouds- en reparatiewerkzaamheden het hoofdstuk
“Aanwijzingen voor opstelling en inbedrijfname” in acht als u de pomp opnieuw in be-
drijf neemt!
Voor schade die door het gebruik van niet-originele reserveonderdelen ontstaat, vervalt
elke vorm van aansprakelijkheid en garantie aan de kant van WILO SE!
8.1
Motorlager
De bereikte levensduur van de motorlagers hangt hoofdzakelijk af van de bedrijfssitua-
tie en gebruiksomstandigheden.
Alle aanwijzingen in de inbouw- en bedieningsvoorschriften van de motor voor het on-
derhoud en de levensduur dienen in acht te worden genomen!
De motorlagers van deze serie zijn ontwikkeld voor 20.000 (2-polig) resp. 30.000 (4-
polig) bedrijfsuren.
Wilo raadt aan om de motoren na afloop van dit aantal bedrijfsuren te vervangen.
Het is de gebruiker niet toegestaan om de motorlagers zelf te vervangen vanwege de
aan te houden spleetmaten.
Over het algemeen dienen de motorlagers dagelijks te worden gecontroleerd met be-
trekking tot opvallende geluiden, die wijzen op vroegtijdige schade aan het lager.
Neem voor de benodigde motorcomponenten de inbouw- en bedieningsvoorschriften
van de motorfabrikant in acht!
8.2
Statische afdichtingen
De belangrijkste statische afdichtingen zijn de afdichtingen tussen pompbehuizing en
lantaarn en tussen de pompflenzen en de leidingen. Controleer deze afdichtingen da-
gelijks op eventuele lekkages!
8.3
Koppelingsbeveiliging
Bij de koppelingsbeveiliging en andere afdekkingen van snel draaiende onderdelen
dient dagelijks gecontroleerd te worden of deze goed vastzitten, vervormd zijn en vol-
doende afstand tot de draaiende onderdelen hebben!
Om elektrostatische lading van de kunststof afdekkingen te voorkomen,
mag alleen met een vochtige doek worden gereinigd.
8.4
Mechanische afdichting
De werking van de mechanische afdichting moet worden gegarandeerd door een dage-
lijkse controle op eventuele lekkages. Na een droogloop moet de afdichting altijd wor-
den vervangen.
Vanwege de zeer grote temperatuurgradiënten bij een droogloop mag het type mecha-
nische afdichting met de materiaalkoppeling SiC/SiC of een andere hard/hard-koppe-
ling nooit worden gebruikt.
Bij de vervanging van een mechanische afdichting dient de in de inbouw- en bedie-
ningsvoorschriften voor de pompserie beschreven procedure beslist te worden aange-
houden! In ieder geval dient ook de afdichting tussen pompbehuizing en lantaarn te
worden vervangen.
Controleer bij pompen van de serie Wilo-VeroLine-IPL-N en Wilo-VeroTwin-DPL-N bij
het vervangen van een afdichting de boorgaten en zorg ervoor dat deze voor het spoe-
len van de mechanische afdichting vrij toegankelijk en schoon zijn.
Deze boorgaten bevinden zich in de lantaarn (van het ontluchtingsventiel naar de zit-
ting van de klemring van de mechanische afdichting) en in het afstandsstuk van mes-
sing tussen de waaier en het roterende deel van de mechanische afdichting.
Ten slotte moet gecontroleerd worden of de aandrijfas vrij kan bewegen.
8.5
Bewegingsvrijheid van de aan-
drijfas
Controleer de pomp dagelijks met betrekking tot de bewegingsvrijheid van de aandrijf-
as.
Содержание Wilo-CronoBloc-BL Series
Страница 2: ......
Страница 3: ...3 Deutsch 4 English 18 Fran ais 32 Nederlands 47...
Страница 66: ......