- Een voorbeeld van een mogelijke meetreeks met 11 waarden:
- Op het gezamenlijke punt T2 neemt het volgende meetpunt T3 af. De indicator voor T2 wordt op “Max” en voor T3
op “Min” ingesteld.
- Op het meetpunt T4 is geen waardewijziging aanwezig. Hier wordt geen indicator ingesteld. Bij T5 is geen stijging
naar de volgende meetwaarde aanwezig. Het meetpunt T5 wordt op “Min” ingesteld. Na T6 neemt de waarde weer
af, indicator “Max” wordt ingesteld enz.
- Om de functie te verlaten, drukt u op de toets “CANCEL”.
Om alle opgeslagen meetwaarden te wissen, gaat u als volgt te werk:
Schakel daarbij het meetapparaat uit.
Schakel het meetapparaat opnieuw in terwijl u de “CANCEL”-toets ingedrukt houdt.
Alle opgeslagen meetwaarden zijn nu gewist.
h) Auto-Power-Off-functie
De DMM schakelt na 30 minuten automatisch uit, indien er geen enkele toets of schakelaar is bediend. Deze functie
beschermt en spaart de batterij en verlengt de gebruiksduur.
De uitschakeltijd kan in SETUP (zie hoofdstuk 10) tussen 1 en 60 minuten worden ingesteld of de functie kan worden
gedeactiveerd.
Om de DMM na een automatische uitschakeling terug in te schakelen bedient u de draaischakelaar of drukt u op een
willekeurige toets.
De Auto-Power-Off-functie wordt bij een ingeschakeld interface gedeactiveerd om de dataverbinding niet te onder-
breken. De functie is inactief tot de interface weer uitgeschakeld wordt.
i) Displayverlichting
Bij slechte lichtverhoudingen wordt het display automatisch verlicht.
Dit schakelt na 5 minuten automatisch uit, indien er geen enkele toets of schakelaar is bediend. Deze functie
beschermt en spaart de batterij en verlengt de gebruiksduur.
De uitschakeltijd kan in SETUP (zie hoofdstuk 10) tussen 1 en 60 minuten worden ingesteld of de functie kan worden
gedeactiveerd.
116