Velleman DCM100, Руководство пользователя, Страница: 21 / 84

DCM100
V. 04 – 25/02/2020 21 ©Velleman nv
9.4 DIODE + CONTINUÏTEIT
Voer geen diode- of continuïteitsmetingen uit in circuits
waarop spanning aanwezig is.
bereik functie
ingebouwde zoemer bij weerstanden < 70 Ω ± 30 Ω
meetstroom ± 0.6 mA
nullastspanning ± 1.5 V
Beveiliging tegen overbelasting: 250 V DC of AC rms
10. Gebruik
10.1 SPANNINGSMETINGEN
Meet niet in circuits met spanningen > 600 V AC of DC
Wees uiterst voorzichtig bij metingen hoger dan 60 VDC of 30 VAC
rms.
Houd tijdens metingen uw vingers steeds achter de
beschermingsrand van de meetpennen!
1. Koppel het zwarte meetsnoer aan de "COM"-bus en het rode
meetsnoer aan de "V  ” -bus.
2. Zet de functieschakelaar op “ ”.
3. Druk op SELECT om de AC of DC meetmodus te kiezen.
4. Sluit de meetsnoeren aan op de bron die u wilt meten.
5. De gemeten waarde wordt op de display weergegeven.
10.2 WISSELSTROOMMETINGEN (AC)
Meet niet in circuits met spanningen > 600 V AC of DC
Wees uiterst voorzichtig bij metingen hoger dan 60 VDC of 30 VAC
rms.
1. Zet de functieschakelaar op “20A” of “200/500A”.
2. Open de klem met de trekker en sluit een enkele kabel tussen de
kaken.
3. Sluit de klem. De gemeten waarde wordt op de display weergegeven.