VALBERG 972652, Инструкция по эксплуатации

Страница: 86 / 162

83 NL
B
Gebruik van het toestel
Installatie van de vaatwasmachine
Plaatsing van de vaatwasmachine
Om uw vaatwasmachine te installeren, dient u ervoor te zorgen een plek te kiezen waar u
deze makkelijk kunt vullen en ledigen.
Installeer uw vaatwasmachine niet op een plaats waar de omgevingstemperatuur onder de
5°C kan dalen. Negatieve temperaturen kunnen aanleiding geven tot beschadiging van de
slangen of tot werkingsstoornissen van de elektronische kaart.
Alvorens deze te plaatsen, haalt u de vaatwasmachine uit zijn verpakking mits naleving van
de waarschuwingen die erop aangebracht werden.
Plaats de vaatwasmachine in de buurt van een watertoevoer en -afvoer. U moet uw toestel
zodanig plaatsen dat u de aansluitingen niet hoeft aan te passen eenmaal deze zijn gemaakt.
Neem het toestel niet vast aan de deur of het bedieningspaneel wanneer u het verplaatst.
Zorg ervoor dat u een ruimte vrij laat rond de vaatwasmachine om het makkelijk naar voren
en achteren te verplaatsen wanneer u wenst schoon te maken.
Let erop de toevoer- en afvoerleidingen niet gekneld raken bij het plaatsen van de
vaatwasmachine.
Zorg ervoor dat de voedingskabel niet gekneld zit onder de vaatwasmachine.
Stel de voetjes van de vaatwasmachine zo af dat deze waterpas en goed stabiel staat. De
goede plaatsing van de vaatwasmachine is van essentieel belang om de deur goed te kunnen
openen en sluiten.
Indien de deur van uw vaatwasmachine niet correct sluit, controleer dan of de vaatwasmachine
waterpas en stabiel op de vloer staat; zo niet, zet de vaatwasmachine stabiel door de
verstelvoetjes te verstellen.
Wateraansluiting
Controleer of de watertoevoer geschikt is voor de installatie van een vaatwasmachine. We
raden u aan een filter te installeren na uw watermeter om te vermijden dat restanten (zand,
klei, roest, enz.) die eventueel getransporteerd worden via het leidingwaternetwerk of in
de loodgieterijvoorzieningen in het huis schade toebrengen aan de vaatwasmachine en om
ongemakken zoals het verkleuren van de vaat of het vormen van afzettingen na het afwassen
te voorkomen.