V2 VEGA-C 120V, Руководство пользователя, Страница: 136 / 148

N
E
D
E
R
L
A
N
D
S
134
11 - SNELLE CONFIGURATIE
In deze paragraaf wordt een snelle procedure beschreven voor
het configureren van de stuurcentrale en het onmiddellijk in
werking stellen ervan.
Er wordt aangeraden om deze instructies aanvankelijk te volgen
om snel de correcte werking van de stuurcentrale, de motor en
de accessoires te controleren en om daarna de configuratie te
wijzigen indien één of enkele parameters niet bevredigend zijn.
Voor de positie van de menuitems en voor de beschikbare opties
van ieder item dient men de paragraaf “Configuratie van de
stuurcentrale“ te raadplegen.
1. Roep een default-configuratie op (item
dEF
).
2. Stel de items
StoP
,
Foto
,
CoSt
en
FC.En
in op
grond van de op de poort geïnstalleerde beveiligingen.
3. Start de cyclus van het automatisch aanleren (item
A PPr
).
Deze laatste handeling sluit het configuratiemenu en bewaart
de ingestelde parameters.
11.1 - PROCEDURE VAN AUTOMATISCHE
AANLEREN:
• Indien de eindschakelaars of de obstakelsensor ingeschakeld
zijn, wordt de poort bij het sluiten geactiveerd tot de aanslag
bereikt wordt, of tot het bereiken van de eindschakelaar van
de sluiting.
• Indien GEEN eindschakelaars of obstakelsensor geïnstalleerd
zijn, dient men te controleren of de poort volledig dicht is
wanneer de procedure gestart wordt.
• De poort wordt bij het openen geactiveerd tot de aanslag
bereikt wordt, of tot het bereiken van de eindschakelaar van
de opening.
• Indien de sensoren niet ingeschakeld zijn, of indien deze de
stuurcentrale niet de positie signaleren, dient men een START
impuls te geven wanneer de poort de maximaal geopende
stand bereikt heeft.
• De poort wordt bij het sluiten geactiveerd tot de aanslag bereikt
wordt, of tot het bereiken van de eindschakelaar van de sluiting.
• Indien de sensoren niet ingeschakeld zijn, of indien deze de
stuurcentrale niet de positie signaleren, dient men een
STARTimpuls te geven wanneer de poort de gesloten stand
bereikt heeft.
m
LET OP: indien de functie SCHADUWZONE VAN DE
FOTOCEL actief is, en aan de werkvoorwaarden voldaan is
(eindschakelaars ingeschakeld en startfunctie bij opening
uitgeschakeld), zal een eventuele inwerkingtreding van de fotocel
tijdens het automatisch aanleren niet opnieuw de opening van
de poort veroorzaken. De stuurcentrale stelt de parameters van
de schaduwzone automatisch in zodat de fotocel wordt
uitgeschakeld wanneer de poort naar de positie beweegt waarin
deze in werking getreden is.
12 - CONFIGURATIE VAN DE STUURCENTRALE
Op de volgende pagina’s is een tabel aanwezig met alle programmeringsparameters, de kiesbare waarden, de ingestelde DEFAULT waarden
en een korte beschrijving van de functie.
Het is mogelijk een complete configuratie van de stuurcentrale uit te voeren door alle stappen van de procedure te volgen maar men kan
ook alleen de items selecteren waarin men geïnteresseerd is. In beide gevallen dient men, om de nieuwe configuratie actief te maken, de
correcte procedure voor het verlaten via het item
FinE
te volgen.
De stuurcentrale PD11 beschikt over een procedure voor het automatisch aanleren van de werktijden. Het is dan ook raadzaam om
aanvankelijk een standaardconfiguratie in te stellen (vorige paragraaf), het automatisch aanleren uit te voeren en daarna de items die niet
bevredigend zijn te wijzigen.
PARAMETER WAARDE BESCHRIJVING DEFAULT MEMO
dEF
Laden van de default-waarden
no
no
Handhaven van de eerder ingestelde configuratie
Si
Laden van de default-waarden
t.A P
Openingstijd
22.5”
0.0” - 2’00
Time instelbaar van 0 seconden tot 2 minuten
t.Ch
Tijd sluiting
23.5”
0.0” - 2’00
Time instelbaar van 0 seconden tot 2 minuten
dir
Richting motor
nor
nor
Rotatierichting van de gewone motor voor traditionele garagepoorten
inv
Keert de rotatierichting van de motor om