30
U kunt de barometermodus [BARO] als volgt weergeven en gebruiken:
Controleer de modusindicatiebalk. Als de moduspijl niet onder BARO staat, drukt u op de knop [Mode] totdat
de pijl juist onder BARO staat op de balk.
In de barometermodus [BARO] (afb. 5):
• Wordt in veld 1 de huidige temperatuur weergegeven.
• Wordt in veld 2 de huidige absolute atmosferische druk weergegeven.
• Wordt in veld 3 de huidige tijd weergegeven.
• Op de displayrand wordt de atmosferische druk boven 100 millibar of 1 inHg weergegeven, waarbij één
volledige cirkel overeenkomt met 100 mbar/1 inHg, afhankelijk van de geselecteerde maateenheid.
Opmerking: de absolute druk is de werkelijke druk op elke locatie op een willekeurig moment. De druk op
zeeniveau verwijst echter naar de overeenkomstige druk op zeeniveau.
4.1 SUBMODUS VOOR METING VAN DRUKVERSCHIL
In de modus voor drukverschil wordt niet verwezen naar de druk op zeeniveau maar naar de huidige
barometrische druk die wordt gemeten door het horloge.
Druk in de barometermodus [BARO] eenmaal op de knop [Select] om deze submodus te openen.
In de submodus Pressure Difference Measurement (afb. 30):
• Wordt in veld 1 de temperatuurwijziging weergegeven.
• Wordt in veld 2 de wijziging van de atmosferische druk weergegeven.
• Wordt in veld 3 de huidige tijd weergegeven. Links naast de tijd staat de tekst "differ" (verschil).
• In de buitencirkel wordt de wijziging van de druk grafisch weergegeven. Hierbij komt één volledige cirkel
overeen met 100 mbar of 1 inHg.
De verschilmeting blijft evenwel actief op de achtergrond, zodat de gebruiker naar wens andere modi kan
selecteren en vervolgens kan teruggaan naar deze submodus om de huidige meting weer te geven.