Bestandteile
1.
Bedieningspaneel
5. Drainage-opening
2.
Luchtuitlaat
6. Filter
3.
Aansluiting luchtafvoerslang
7. Luchtinlaat voor koude lucht
4.
Aansluiting Comfort S Control Kit
8. Luchtinlaat voor warme lucht
Installatie van de luchtafvoerslang
•
Zet het apparaat op een vlakke ondergrond in de buurt van een geschikt stopcontact, maar op minimaal
50 cm afstand tussen de zijkant van het filter en andere voorwerpen. De uitlaatslang moet recht worden
gehouden en niet langer dan 40 cm worden uitgerekt voor optimale functionaliteit, zodat de warme lucht
in de uitlaatslang zo snel mogelijk de ruimte kan verlaten (zie afb. 1).
•
Draai de luchtafvoerslang aan de ene kant vast op de luchtafvoerslangadapter en aan de andere kant
op de luchtafvoerslang-aansluiting op het apparaat.
•
Zet de schuifbalk voor het raam verticaal of horizontaal in het kozijn, afhankelijk van het soort raam.
Steek vervolgens de luchtafvoerslang door de uitsparing die de schuifbalk heeft gemaakt (zie afb. 2).
Afb. 1
Afb. 2
Ingebruikname
•
Na het in- resp. omschakelen draait de ventilator. De compressor en de koeler starten zodra de
ingestelde temperatuur in de koelmodus lager is dan de kamertemperatuur. In de verwarmingsmodus
starten de compressor en de verwarmer zodra de ingestelde temperatuur hoger is dan de
kamertemperatuur.
•
Wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld, wacht dan minimaal 3,5 minuut tot u het apparaat weer
inschakelt. Dit voorkomt schade aan de compressor.
•
Voeding: 220-240 V~, 50 Hz