Stageline BEAM-40 RGBW, Инструкция по эксплуатации

Страница: 22 / 36

4.2.1 Aansluiting
Voor het aansluiten van het DMX-apparaat
zijn er 3-polige XLR-connectoren met vol-
gende penconfiguratie beschikbaar:
pen 1 = massa, 2 = DMX-, 3 = DMX+
Voor het aansluiten moeten speciale kabels
voor de DMX-signaaloverdracht worden ge -
bruikt (bv. kabels van de CDMXN-serie van
“img Stage Line”). Bij kabellengtes vanaf
150 m en bij het sturen van meer dan 32
apparaten via een DMX-uitgang wordt in prin-
cipe geadviseerd om een DMX-ophaalver-
sterker (bv. SR-103DMX van “img Stage
Line”) te plaatsen
1) Verbind de ingang DMX IN met de DMX-
uitgang van de lichtregelaar of van een
ander DMX-gestuurd apparaat.
2) Verbind de uitgang DMX OUT met de DMX-
ingang van het volgende DMX-apparaat.
Verbind de uitgang hiervan opnieuw met de
ingang van het nageschakelde DMX-appa-
raat etc., tot alle DMX-gestuurde apparaten
in een kring zijn aangesloten.
3) Om storingen bij de signaaloverdracht te
vermijden, moet u bij lange leidingen of bij
een veelvoud van aaneengesloten appa-
raten de DMX-uitgang van het laatste
DMX-apparaat in de ketting afsluiten met
een weerstand van 120 Ω (> 0,3 W): Steek
een geschikte afsluitstekker (b.v. DLT-123
van “img Stage Line”) in de DMX-uit-
gangsbus.
4.2.2 Aantal DMX-kanalen en
startadres instellen
Om alle op de lichtregelaar aangesloten
DMX-apparaten afzonderlijk te kunnen be
-
dienen, moet elk apparaat een eigen start-
adres krijgen. Als het eerste DMX-kanaal van
het BEAM-40-apparaat vanaf de lichtregelaar
bv. via het DMX-adres 6 gestuurd moet wor-
den, stel dan op het BEAM-40-apparaat het
startadres 6 in. De overige DMX-kanalen van
de BEAM-40 zijn dan automatisch aan de vol-
gende adressen toegewezen. Voorbeelden
met verschillende startadressen:

DMX-adresconfiguratie
1 BEAM-40 / WS, 2 BEAM-40/ RGBW
1) Druk enkele keren op de toets MENU tot
op het display (voor kanaal) en een
getal wordt weergegeven.
2) Stel het gewenste aantal kanalen in met
de toets UP of DOWN en bevestigt met de
toets ENTER.
3) Druk enkele keren op de toets MENU tot
op het display (voor adres) en het hui-
dige startadres verschijnen.
4) Stel het gewenste adres in met de toets
UP of DOWN en bevestig met de toets
ENTER.
5) Om de Moving Head via DMX te kunnen
sturen, moet steeds het menu-item voor
het startadres geselecteerd blijven. Zodra
een DMX-besturingssignaal wordt ontvan-
gen, licht een punt in het display. De DMX-
functies vindt u in het volgende hoofdstuk.
Tip: Als er twee of meerdere BEAM-40-apparaten
synchroon via hetzelfde startadres worden gestuurd,
stel dan de draai- en / of kantelrichting van de zwenk-
kop bij een of meerdere apparaten tegengesteld in
(hoofdstuk 4.3). Zo bewegen de zwenkkoppen spie-
gelbeeldig, bv. bij een apparatenpaar.
Aantal
DMX-
kanalen
Start-
adres
door
BEAM-40
gebruikte
adressen
volgend mogelijke
startadres voor het
nageschakelde
DMX-apparaat
7 1
1 1 – 7 8
6 6 – 12 13
9 1
1 1 – 9 10
24 24 – 32 33
11 2
1 1 – 11 12
502 502 – 512 —
13 2
1 1 – 13 14
60 60 – 72 73
22
Nederlands