42
Het scherm verdwijnt van/verschijnt niet in het
display.
• De dimmer is ingesteld op "Dimmer on" (pagina 35).
• Het scherm verdwijnt als u op
(OFF)
drukt en deze
toets ingedrukt houdt.
t
Druk op
(OFF)
op het systeem en houd deze
toets ingedrukt tot het scherm verschijnt.
• De aansluitingen zijn vuil (pagina 39).
De functie voor automatisch uitschakelen
werkt niet.
Het systeem is ingeschakeld. De functie voor het
automatisch uitschakelen wordt geactiveerd nadat het
systeem is uitgeschakeld.
t
Schakel het systeem uit.
DSO werkt niet.
DSO heeft wellicht niet het gewenste effect,
afhankelijk van het auto-interieur of het muziekgenre.
Schermitems worden niet weergegeven.
t
Stel "Information on" in (pagina 35).
Kan het volume niet aanpassen.
Het draagbare audioapparaat was niet aangesloten toen
AUX werd geselecteerd als
(SOURCE)
.
t
Sluit het draagbare audioapparaat aan op de
AUX-ingang.
CD's afspelen
De disc kan niet worden geplaatst.
• Er zit al een disc in het systeem.
• De disc is met kracht omgekeerd of in de verkeerde
richting geplaatst.
De disc wordt niet afgespeeld.
• Disc defect of vuil.
• De CD-R's/CD-RW's zijn niet geschikt voor
audiogebruik (pagina 37).
MP3-/WMA-/AAC-bestanden kunnen niet
worden afgespeeld.
De disc is niet compatibel met de MP3-/WMA-/AAC-
indeling en -versie. Voor meer informatie over de discs
en indelingen gaat u naar de ondersteuningssite.
MP3-/WMA-/AAC-bestanden worden minder
snel afgespeeld dan andere bestanden.
Bij de volgende discs duurt het langer voordat het
afspelen wordt gestart:
– discs opgenomen met een ingewikkelde structuur;
– discs die in Multi Session (meerdere sessies) zijn
opgenomen;
– discs waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd.
De schermitems rollen niet.
• Bij sommige discs met heel veel tekens kunnen de
tekens niet rollen.
• "Auto Scroll" is ingesteld op "off".
t
Stel "Auto Scroll on" in (pagina 35).
t
Houd
(DSPL)
(SCRL) ingedrukt.
Het geluid verspringt.
• Het systeem is niet goed geïnstalleerd.
t
Installeer het systeem onder een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• Disc defect of vuil.
De bedieningstoetsen werken niet.
De disc wordt niet uitgeworpen.
Druk op de RESET toets (pagina 7).
Radio-ontvangst
De zenders kunnen niet worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
De aansluiting is niet juist.
t
Sluit de bedieningskabel elektrische antenne
(blauw) of voedingskabel voor accessoires (rood)
aan op de voedingskabel van de auto-
antenneversterker (alleen als uw auto is uitgerust
met een FM/MW/LW-antenne in de achter- of
zijruit).
t
Controleer de aansluiting van de auto-antenne.
t
Als de automatische antenne niet uitschuift,
controleert u de aansluiting van de bedieningskabel
van de elektrische antenne.
t
Als de DSO-functie is ingeschakeld, is het geluid
soms gestoord.
t
Stel de DSO-stand in op "off" (pagina 33).
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeurzenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op
zenders.
• De lokale zoekfunctie is niet correct ingesteld.
t
Het afstemmen wordt te vaak onderbroken:
Stel "Local on" in (pagina 35).
t
Het afstemmen stopt niet bij een zender:
Stel "Local off" in (pagina 35).
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t
Stem handmatig af.
Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding
"ST".
• Stem nauwkeurig af op de frequentie.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t
Stel "Mono on" in (pagina 35).
Een stereo-uitzending van een FM-programma
wordt mono weergegeven.
Het systeem staat in de mono-ontvangststand.
t
Stel "Mono off" in (pagina 35).
RDS
SEEK begint na enkele seconden weergave.
De zender is geen TP-zender of heeft een zwak
signaal.
t
Schakel TA uit (pagina 16).
Geen verkeersinformatie.
• Schakel TA in (pagina 16).
• De zender is een TP-zender, maar zendt toch geen
verkeersinformatie uit.
t
Stem af op een andere zender.
PTY geeft "- - - - - - - -" weer.
• De huidige zender is geen RDS-zender.
• Geen RDS-gegevens ontvangen.
• De zender geeft het programmatype niet door.