41
Problemen oplossen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het
oplossen van problemen die zich met het apparaat
kunnen voordoen.
Voordat u de onderstaande controlelijst doorneemt,
moet u eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik controleren.
Als het probleem niet is opgelost, gaat u naar de
volgende ondersteuningssite.
Algemeen
Het apparaat wordt niet van stroom voorzien.
• Controleer de aansluiting of de zekering.
• Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het display
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de afstandsbediening.
t
Schakel het apparaat in.
De elektrisch bediende antenne schuift niet uit.
De elektrisch bediende antenne heeft geen relaisdoos.
Geen geluid.
• De ATT-functie is ingeschakeld of de Telephone
ATT-functie (wanneer de interfacekabel of een
autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel) is
ingeschakeld.
• De positie van de faderregelaar "FADER" is niet
ingesteld op een systeem met 2 luidsprekers.
• Het afspelen van het Bluetooth-audioapparaat is
onderbroken.
t
Hervat het afspelen.
Geen pieptoon.
• De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 34).
• Er is een optionele versterker aangesloten en u
gebruikt de ingebouwde versterker niet.
De geheugeninhoud is gewist.
• De RESET-toets is ingedrukt.
t
Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu is losgekoppeld of niet
juist aangesloten.
Opgeslagen zenders en de juiste tijd zijn
gewist.
De zekering is doorgebrand.
Maakt geluid wanneer de stand van het
contactslot wordt gewijzigd.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
voedingsaansluiting voor accessoires van de auto.
Tijdens het afspelen of radio-ontvangst wordt
de demonstratie gestart.
Als er 5 minuten geen handeling wordt uitgevoerd en
"DEMO-ON" is ingesteld, wordt de demonstratie
gestart.
t
Stel "DEMO-OFF" in (pagina 34).
Ondersteuningssite
http://support.sony-europe.com/
Het display verdwijnt van/verschijnt niet in het
display-venster.
• De dimmer is ingesteld op "DIM-ON" (pagina 34).
• Het display verdwijnt als u op
(SOURCE/OFF)
drukt
en deze toets ingedrukt houdt.
t
Houd
(SOURCE/OFF)
op het apparaat ingedrukt
tot het display verschijnt.
• De aansluitingen zijn vuil (pagina 39).
De Auto Off-functie werkt niet.
Het apparaat is ingeschakeld. De Auto Off-functie
wordt geactiveerd nadat het apparaat is uitgeschakeld.
t
Schakel het apparaat uit.
Radio-ontvangst
De zenders kunnen niet worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
• De aansluiting is niet juist.
t
Sluit de bedieningskabel van de elektrische
antenne (blauw) of voedingskabel voor
accessoires (rood) aan op de voedingskabel van
de auto-antenneversterker (alleen als uw auto is
uitgerust met een FM/MW/LW-antenne in de
achter- of zijruit).
t
Controleer de aansluiting van de auto-antenne.
t
Als de automatische antenne niet uitschuift,
controleert u de aansluiting van de
bedieningskabel van de elektrische antenne.
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeuzezenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het signaal van de uitzending is te zwak.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op
zenders.
• De lokale zoekfunctie is niet correct ingesteld.
t
Het afstemmen wordt te vaak onderbroken:
Stel "LOCAL-ON" in (pagina 34).
t
Het afstemmen stopt niet bij een zender:
Stel "LOCAL-OFF" in (pagina 34).
• Het signaal van de uitzending is te zwak.
t
Stem handmatig af.
Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding
"ST".
• Stem nauwkeurig af op de frequentie.
• Het signaal van de uitzending is te zwak.
t
Stel "MONO-ON" in (pagina 34).
Een stereo-uitzending van een FM-programma
wordt mono weergegeven.
Het apparaat staat in de mono-ontvangststand.
t
Stel "MONO-OFF" in (pagina 34).
vervolg op volgende pagina
t