34
De achterluidsprekers als
subwoofer gebruiken
— Versterking lage tonen achter
Versterking lage tonen achter laat het basgeluid
toenemen door de instelling van het
laagdoorlaatfilter (pagina 34) op de
achterluidsprekers toe te passen. Door middel
van deze functie kunnen de achterluidsprekers
werken als subwoofer als er geen subwoofer is
aangesloten.
1
Druk tijdens ontvangst/weergave op
de selectietoets.
2
Verdraai de regelknop tot "RB ENH"
wordt weergegeven en druk op de
regelknop.
3
Draai de regelknop en kies uit "1", "2"
of "3", en druk op de regelknop.
4
Druk op
(BACK).
Het display keert terug naar de normale
ontvangst-/weergavestand.
Instelitems aanpassen — SET
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2
Draai de regelknop tot het gewenste
item wordt weergegeven en druk op de
regelknop.
3
Selecteer de instelling door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
*
Het instellen is voltooid.
4
Druk op
(BACK).
Het display keert terug naar de normale
ontvangst-/weergavestand.
*
Voor de CLOCK-ADJ- en BTM-instellingen is stap 4
niet nodig.
Opmerking
Welke items worden weergegeven is afhankelijk van
de bron en de instelling.
De volgende items kunnen worden ingesteld
(volg de paginaverwijzing voor meer informatie):
CLOCK-ADJ
(klok aanpassen) (pagina 8)
CT
(kloktijd)
De CT-functie inschakelen: "ON", "OFF"
(pagina 18, 19).
BEEP
De pieptoon inschakelen: "ON", "OFF".
AUX-A
*
1
(AUX-audio)
Het AUX-bronscherm inschakelen: "ON",
"OFF" (pagina 35).
AUTO OFF
Automatisch uitschakelen na de gewenste tijd
wanneer het apparaat is uitgeschakeld: "NO",
"30S" (seconden), "30M" (minuten), "60M"
(minuten).
REAR/SUB
*
1
Een andere audio-uitvoer kiezen: "SUB-OUT"
(subwoofer), "REAR-OUT" (versterker).
DEMO
(demonstratie)
De demonstratie inschakelen: "ON", "OFF".
DIMMER
De helderheid van het scherm wijzigen: "ON",
"OFF".
ILLUM
(verlichting)
Wijzigt de kleur van de verlichting: "1", "2".
AUTO SCR
(Automatisch rollen)
Lange items automatisch laten rollen: "ON",
"OFF".
LOCAL
(lokale zoekfunctie)
– "ON": om alleen af te stemmen op krachtige
zenders.
– "OFF": om af te stemmen met normale
ontvangst.
MONO
*
2
(monostand)
Mono-ontvangststand selecteren voor een betere
FM-ontvangst: "ON", "OFF".
REGIONAL
*
2
De ontvangst beperken tot een specifieke regio:
"ON", "OFF" (pagina 18).
ZAP TIME
(Zappin-tijd)
De afspeeltijd voor de ZAPPIN-functie
selecteren.
– "Z.TIME-1" (ongeveer 6 seconden),
"Z.TIME-2" (ongeveer 15 seconden),
"Z.TIME-3" (ongeveer 30 seconden).
ZAP BEEP
(Zappin-piep)
De pieptoon inschakelen tussen passages van
tracks: "ON", "OFF".
LPF FREQ
*
3
(frequentie van laagdoorlaatfilter)
Selecteert de kantelfrequentie van de
subwoofer: "50Hz", "60Hz", "80Hz", "100Hz",
"120Hz".