81
GEBRUIKSAANWIJZING HG1000 532
7.5. Opvragen van het ID-nummer van een afstandsbediening
Ingeval u niet zeker bent, welk ID-nummer welke afstandsbediening bezit, kan dit als volgt bepaald worden:
Stap 1
Stap 2
Stap 3
U dient zich in de standby-modus
te bevinden.
Voer nu
„1-2-3-4“
of
uw nieuwe
opgemaakte PIN
in en bevestig
deze met
.
Bij correcte invoer van de PIN
toont het display nu volgende
aanduiding:
(Een bijkomende signaaltoon geeft
een akoestische feedback, of de
gekozen code correct is. - Drie
bieptonen betekenen dat een on-
geldige invoer gebeurde.)
Stap 4
Stap 5
Stap 6
Druk nu op
gevolgd door de
toets
„8“
om in de opvragings-
modus te komen.
Nu knippert in de aangifte het
huidige aantal van de in het systeem
geregistreerde afstandsbedieningen.
(wanneer in de installatie bv. 3 af-
standsbedieningen aangemeld zijn,
wordt hier een „03“ aangeduid)
Druk nu een willekeurige toets
op de afstandsbediening in, voor
dewelke u het ID-nummer wil
bepalen.
Stap 7
Stap 8
Nu knippert in de aangifte het
overeenkomstige nummer van de
afstandsbediening.
Om deze modus te verlaten drukt
u
. De centrale schakelt zich nu
automatisch opnieuw in de stand-
by-modus.
7.6. Instellen van de woning-veiligheidscode
In de meeste toepassingsgevallen dient deze code
niet
gewijzigd te worden.
Wanneer u echter bv. door veelvuldige foute alarmen vermoedt dat in uw omgeving buren een alarminstallatie
van hetzelfde type gebruiken, wordt aanbevolen de woning-veiligheidscode te wijzigen.
Belangrijk!
Ingeval u wijzigingen aan de woning-veilighedscode wil uitvoeren,
dient dit aan alle componenten te
gebeuren
(centrale, afstandsbediening, afzonderlijke componenten).
Alle toestellen beschikken over een 4-polige jumper/DIP-schakelaar (meestal in het accuvak of onder een bijko-
mende afdekking). Verzeker u ervan dat later alle toestellen exact dezelfde instelling van deze jumper hebben.
Hierbij geldt:
Ingestoken =
ON
/ Verwijderd =
OFF
Jumper
voor de
woningcode
• Centrale eenheid
• Sensoren
standaardcode
1: ON, 2: ON, 3: ON, 4: ON
DIP-schakelaar
voor de woningcode
• Afstandsbediening
standaardcode
1: ON, 2: ON, 3: ON, 4: ON
7.7. Instellen van de zonecodes (bij sensoren)
De sensoren worden met een voorgeprogrammeerde zone-instelling geleverd. De deur-/venstersensoren zijn op
zone 1 & 2, de bewegingsmelders op zone 8 ingesteld. Deze zones kunnen met behulp van de jumper willekeurig
ingesteld worden. Open hiervoor de afdekking van het overeenkomstige product en stel deze op de gewenste
zone in. Verwijder hiervoor door voorzichtig trekken de jumper van het toenmalige contact en steek deze aans-
luitend op het gewenste contactpaar van de nieuwe zone.
Jumper für Zonen-Code
Standardeinstellung
Tür/Fenstersensor = Zone 1
Tür/Fenstersensor = Zone 2
Bewegungsmelder = Zone 8