28
INGEBRUIKNEMING
Controles vooraf
Nadat alle aansluitingen uitgevoerd zijn moet gecontroleerd wor-
den of:
- de stofzak (21) in de vergaarbak zit;
- de manometer (5) de juiste druk van de lucht aangeeft en er geen
lekken zijn;
- alle elektrische aansluitingen op de juiste manier voltooid zijn en of het
stroomcontrolelampje;
- alle panelen van de turbine op de juiste manier gemonteerd zijn.
Hoofdschakelaar
Positionering van de draaischakelaar op het voorpaneel op ON, wordt
de machine gestart en heeft de macht om alle stopcontacten.
Uitschakelen van de turbine
Draai de knop (30) op de stand OFF waardoor de machine volledig uit-
geschakeld wordt en de hoofdschakelaar.
Aansluiting van de elektrische gereedschappen (zonder
automatische start van de afzuiging)
- Steek de stekker van het gereedschap in het stopcontact;
- sluit geen apparaten op de contactdozen aan met een hogere belasting
dan het nominale bereik van de contactdozen (max. 3600 W ).
- als het gereedschap is uitgerust met een zuigapparaat, moet dit met
de speciale slang op de zuigkoppeling op de voorkant worden
aangesloten (optie).
NB De maximaal toelaatbare stroomopname van de machine is
16A, met niet-werkende zuigbron. Bij werkende zuigbron is de
maximaal toelaatbare stroomopname gelijk aan 10 A.
Preslucht aansluitingen (met autostart voor stofafzuiging)
- Gereedschap voorzien van stofafzuiging kan worden aangesloten op
de vacuum aansluiting via en afzuig slang of naar keuze een combi
slang;
- sluit de vacuümslang aan op de binnen aansluiting;
- als het gereedschap is uitgerust met een zuigapparaat, moet dit met
de speciale slang op de zuigkoppeling op de voorkant worden
aangesloten (optie).
Aansluiting op het vaste aansluitsysteem
Sluit de bijgeleverde plug-in stekker (39) op de kabel van de
afstandsbediening van het vaste aansluitsysteem aan. Steek de plug-
in stekker in de aansluiting (37) op de achterwand van de turbine (fig.
5B).
Sluit de zuigslang van het aansluitsysteem op de zuigkoppeling op de
voorkant aan met behulp van de adapter (38).
Zet de turbine in de AUTOMATISCHE bedrijfsmodus. Het is mogelijk
om de afzuiging met het vaste aansluitsysteem te starten.
GEBRUIK VAN DE MACHINE
Schakel de hoofdschakelaar in.
Controles vooraf:
- Controleer of de zuigslang zodanig op zijn plaats bevestigd is dat hij
de gereedschappen niet in de weg zit;
- de persluchttoevoer geen lekken vertoont.
Nadat u alle aansluitingen tot stand gebracht heeft moet u de
gereedschappen even testen om er zeker van te zijn dat zij goed
functioneren en houd daarbij de aanwijzingen die bij de
gereedschappen verstrekt worden aan.
Handbediende stand
Op de HANDBEDIENDE stand werkt de turbine continu.
Om de continue werking te onderbreken moet u op de knop (29)
drukken om op de AUTOMATISCHE stand over te schakelen of moet
u draai de knop (30) op de stand OFF waardoor de machine volledig
uitgeschakeld wordt.
Automatische stand
De AUTOMATISCHE bedrijfsmodus zorgt ervoor dat de turbine werkt
met startbediening op afstand. De machine kan van een afstand
worden gestart door de pneumatische apparaten op de aansluitingen
op de voorkant aan te sluiten of met het vaste aansluitsysteem dat is
aangesloten met een plug-in systeem.
De unit schakeld zichzelf automatisch uit 30 seconden nadat het het
lucht of electrische gereedschap is uitgeschakeld, en is hierna stand
by voor een nieuwe start.
Inschakeling (model 400 V - 50 Hz)
- Draai de knop (30) op de stand ON om de turbine aan te zetten, dan
gaan op volgorde de LEDs 24-25-26-27-28 branden, waarna de
LEDs 25-27-28 automatisch uitgaan;
- de LED 26 blijft branden om aan te geven dat de turbine in de
AUTOMATISCHE stand staat, en de LED 24 blijft branden om aan te
geven dat de turbine onder spanning staat;
- Stel de gewenste werkingsstand in (HANDBEDIENING of AUTOMA-
TISCH) door op de knop (29) te drukken.
Inschakeling (model 230 V - 50 Hz)
- Draai de knop (30) op de stand ON om de turbine aan te zetten, dan
gaan op volgorde de LEDs 24-25-26-27-28 branden, waarna de
LEDs 25-27-28 automatisch uitgaan;
- de LED 26 blijft branden om aan te geven dat de turbine in de AU-
TOMATISCHE stand staat, en de LED 24 blijft branden om aan te ge-
ven dat de turbine onder spanning staat;
- Stel de gewenste werkingsstand in (HANDBEDIENING of AUTOMA-
TISCH) door op de knop (29) te drukken.
Controle van de draairichting van de motor van de turbine
De motor van de pomp is een draaistroommotor en kan een dubbele
draairichting hebben: Tijdens de installatie van de turbine moet bij de
eerste start worden gecontroleerd of de afzuiging door de voorste
koppelstukken plaatsvindt. Als dat niet het geval is, sluit dan de voe-
dingskabel opnieuw aan door de twee fasen om te draaien.
SIGNALERINGEN, VEILIGHEIDSINRICHTINGEN EN
ALARMEN
Stop vanwege oververhitting
Op de pomp is een temperatuursensor (15) geïnstalleerd. Als de
grenstemperatuur wordt bereikt, wordt de turbine gestopt en gaan de
leds op het paneel knipperen.
Als de correcte temperatuurwaarde is bereikt, blijft alleen de led (24)
branden.
Schakel de hoofdschakelaar in en uit om de machine opnieuw te
starten.
Als het probleem zich opnieuw voordoet, schakel de turbine dan
onmiddellijk uit met de hoofdschakelaar en neem contact op met het
servicecentrum.
Veiligheidsklep
Op elke turbine is een veiligheidsklep voor de beperking van de
onderdruk (14) geïnstalleerd. De klep is afgesteld om de
onderdrukwaarde te beperken en oververhitting van de machine te
voorkomen.
RUPES Spa is niet aansprakelijk voor directe of indirecte schade die
veroorzaakt is door geknoei met of wijzigingen van de afstelling van
de veiligheidsklep.
