1915
6
NL
4.
WERKING
4.1
REGELING VERBRANDING
Conform de Richtlijn Rendement 92/42/EEG, moeten de montage van de brander op de ketel, de regeling en de
testen worden uitgevoerd volgens de handleiding van de ketel. Hieronder valt ook de controle van de CO en CO
2
in de rookgassen, de temperatuur van de rookgassen en de gemiddelde temperatuur van het water van de ketel.
In functie van het nodige ketelvermogen, worden de verstuiver, de pompdruk, de regeling van branderkop
en luchtklep bepaald volgens de tabel hieronder.
De in de tabel vermelde waarden zijn verkregen op CEN ketels (volgens EN267). Ze hebben betrekking op
12,5% CO
2
, op zeeniveau en met temperatuur van de omgeving en van de stookolie op 20 °C.
4.2
AANGEWEZEN VERSTUIVERS:
Delavan type W - B ;
Danfoss type S - B;
Monarch type R
;
Steinen type S - Q.
WERKWIJZE VOOR MONTAGE VERSTUIVER
(Zie fig. 11):
➤
Verwijder de verstuiverlijn (1) nadat u de schroe-
ven (2) en de moer (3) losdraaide, de kabels van
de controledoos (4) en de fotocel (6) ontkoppelde.
➤
Maak de kabels van de electrodes (4) los, ver-
wijder de houder van de vlamhaker (10) van de
verstuiverlijn (1) nadat u de schroef (3, fig. 12,
blz. 7) losdraaide.
➤
De verstuiver (11) correct vastdraaien, zoals
aangeduid op de tekening.
➤
Voor de versie met lange kop moet de sleutel
(12) het deel van het verlengstuk blokkeren dat
de verstuiver bevat.
OPGELET
Bij hermontage van de verstuiverlijn, de moer (3)
vastschroeven zoals op de tekening hieronder.
Verstuiver
Pompdruk
Debiet
brander
Afstelling
branderkop
Regeling
luchtklep
GPH
Hoek
bar
kg/h ± 4%
Merkteken
Merkteken
1,75
60°
12
7,0
0
1,3
2,00
60°
12
8,0
1
2,3
2,25
60°
12
9,0
3
2,6
2,50
60°
12
10,0
3,5
3,0
3,00
60°
12
12,0
5
3,5
3,50
60°
12
14,0
6
4,4
3,50
60°
14
15,2
6
5,6
S7180
Fig. 11
12
N.B.: Om
de
emissies
in
KLASSE
2
(EN267:1999) te bereiken zijn de volgen-
de verstuivers gebruikt:
- holle kegel verstuiver.
3
TIGHTEN WITHOUT MOVING
BACKWARDS TO THE END
D5684