48
d) Watervulopening
• Gebruik het gereedschap (17) om de schroefdop (16) te verwijderen.
• Vul het product met water via de watervulopening (14). Hierdoor wordt het aanzuigproces versneld.
• Nadat u het product met water hebt gevuld, gebruikt u het gereedschap om de watervulopening luchtdicht met de
schroefdop te sluiten.
10. Ingebruikname
a) Inschakelen
• Plaats het product op een horizontaal, stabiel oppervlak. Het product mag alleen worden gebruikt als het hori-
zontaal staat.
Plaats het product nooit onder of in het water. Plaats het product ook nooit in een gebied waar overstromin-
gen kunnen voorkomen. Er bestaat levensgevaar door een elektrische schok!
• Steek de netstekker (9) van het product in een stopcontact. “Power on” (inschakelen) verschijnt op het beeld-
scherm (1).
• Het product begint water te pompen. Terwijl het product loopt, verschijnt “Suction in progress” (aanzuigproces
loopt) op het beeldscherm. Daarna worden de waarden voor “Flow” (debiet) en “Pressure” (druk) op het beeld-
scherm weergegeven.
Als er geen water wordt gepompt, bevindt er zich wellicht nog lucht in de pomp. Wacht enkele seconden of
haal de netstekker kort uit het stopcontact en steek hem er weer in; beweeg het product iets heen en weer
om lucht uit de pomp te laten ontsnappen.
b) Instellingen (druk)
De instellingen zijn optioneel. U hoeft geen instellingen uit te voeren om het product te gebruiken.
• Instellingen oproepen: Houd de toets ▲(3) en toets OK (4) gelijktijdig 3 seconden lang ingedrukt. Druk op toets ▼
(2) of toets ▲ om een keuze te maken. Druk ter bevestiging op toets OK.
• Optie “Turn on pressure” (inschakeldruk): Druk op toets ▼ om de druk te verlagen. Druk op toets ▲ om de druk
te verhogen.
• Naar de instellingen terugkeren: Houd toets ▲ en toets OK gelijktijdig 3 seconden lang ingedrukt.
• Nadat u alle instellingen hebt beëindigd, drukt u op toets ▼ of toets ▲ om “Exit” (verlaten) te kiezen. Druk ter
bevestiging op toets OK.