
3
REF.: U001
1. Introduction
Aux résidents de l’Union européenne. Informations environnementales
importantes concernant ce produit
Ce symbole sur l’appareil ou l’emballage indique que l’élimination
d’un appareil en fin de vie peut polluer l’environnement. Ne pas jeter
cet appareil (ni les piles) parmi les déchets municipaux non sujets au
tri sélectif; une déchetterie traitera l’appareil en question. Renvoyer
l’appareil à votre fournisseur ou à un service de recyclage local. Il
convient de respecter la réglementation locale relative à la protection
de l’environnement.
En cas de questions, contacter les autorités locales pour élimination.
Nous vous remercions de votre achat. Lire attentivement le présent mode d’emploi
avant la mise en service de l’appareil. Si l’appareil a été endommagé pendant le
transport, ne pas l’installer et consulter votre revendeur.
MODE D’EMPLOI
FR
2. Consignes de sécurité
6.2 Aansluiting van de gaspatroon op de onkruidbrander
Raadpleeg de instructies op de gaspatroon.
6.3 De brander aansteken en regelen
1. Draai de gasregelaar eerst volledig in wijzerzin (-) en dan een halve draai tegen de
wijzers van de klok in.
2. Druk op de contactschakelaar [4] om het uitstromende gas op het einde van de
brander [5] aan te steken.
3. Om de hoeveelheid gas en de vlam tijdens het gebruik te regelen, draait u de
gasregelaar [2] in wijzerzin (“-” = kleiner) of tegen de wijzers van de klok in
(“+” = groter).
6.4 De onkruidbrander gebruiken
1. Houd het toestel in een hoek van 45° van de gebruiker weg.
2. Beweeg het toestel gecontroleerd heen en weer, zodat het onkruid niet verbrand
wordt, maar door het uiteinde van de vlam gedurende ongeveer 5 seconden
verwarmd wordt. Houd de brander [5] op een afstand van ongeveer 15 cm van de
plant. Hardnekkig of vertakt onkruid (wild gras, wortel, enz.) moeten langer aan
de hitte blootgesteld worden. Herhaal deze procedure na een paar dagen indien
nodig. De onkruidbrander is niet geschikt voor bloembedden of gazons.
3. Schakel uit na gebruik.
6.5 Opslag
Verwijder de gaspatroon na ieder gebruik, ook als die nog niet leeg is. Bewaar het
toestel en de gaspatroon op een koele, droge en goed geventileerde plaats.
Zorg ervoor dat de onkruidbrander en de gaspatroon niet kunnen vallen.
7. Gaslekken en storingen
• Ruikt u gas, ga dan onmiddellijk naar buiten.
• Zoek het lek op een plaats met goede luchtcirculatie en zonder warmtebronnen.
Controleer het toestel enkel in open lucht op beschadigingen en scheuren.
Zoek een lek nooit door middel van een vlam, maar gebruik hiervoor zeepsop.
Gebruik het toestel niet indien het lekt of indien het niet meer correct functioneert.
Sluit onmiddellijk de gastoevoer: draai de gasregelaar [2] volledig in wijzerzin (-).
Garder l’appareil hors de la portée des enfants et des personnes non
autorisées.
N’utiliser que les cartouches de gaz recommandées par le fabricant.
Respecter les prescriptions de sécurité indiquées sur les cartouches
de gaz.
Cet appareil ne convient pas aux personnes (y compris enfants) qui
possèdent des capacités physiques, sensorielles ou mentales réduites,
ou manquent d’expérience et de connaissances, sauf si elles ont
reçu une supervision ou des instructions concernant l’utilisation de
l’appareil de la part d’une personne responsable de leur sécurité.
Surveiller les enfants pour s’assurer qu’ils ne jouent pas avec l’appareil.
Éviter l’usage à proximité de produits inflammables ou de gaz explosifs.
La chaleur peut enflammer les produits combustibles, même s’ils ne
sont pas visibles. Utiliser uniquement dans un endroit bien ventilé.
Il n’y a aucune pièce réparable par l’utilisateur. Commander des pièces
de rechange éventuelles chez votre revendeur.
50°C
Ne jamais exposer l’appareil ou les cartouches de gaz au soleil ou à des
températures supérieures à 50 °C.
8. De gaspatroon
De brander heeft een standaard schroefdraad met 7/16” aansluiting. Gebruik alleen
de voorgeschreven, in de handel verkrijgbare gaspatronen die aan Norm EN 417
voldoen. Gebruik geen gaspatronen met een andere schroefdraad. Dit kan het toestel
beschadigen of ervoor zorgen dat het niet goed werkt. Gebruik het toestel uitsluitend
met niet-herbruikbare propaan-butaanpatronen (Norm EN 417) met afneembaar
ventiel. Sluit geen andere gaspatronen aan. Dit is gevaarlijk. Houd ook rekening met
de veiligheidsvoorschriften van de fabrikant van gaspatronen.
9. Reiniging en onderhoud
• Dit toestel vereist geen bijzonder onderhoud.
• Breng geen wijzigingen aan het toestel aan. Het toestel mag enkel gerepareerd
en onderhouden worden door een geautoriseerd persoon. Contacteer de fabrikant
of een geautoriseerde reparatiedienst bij storingen of problemen. Overleg met
de fabrikant of de reparatiedienst voor u het toestel opstuurt. Zorg ervoor dat het
gaspatroon volledig leeg en verwijderd is.
10. Technische specificaties
diameter mondstuk
25 mm
lengte
870 mm
vermogen
2,2 kW
type gas
butaan / propaan
max. temperatuur
1000 °C
Gebruik dit toestel enkel met originele accessoires. Galico nv is niet aansprakelijk voor schade of kwetsuren bij (verkeerd) gebruik
van dit toestel. Voor meer informatie over dit product en de laatste versie van deze handleiding, zie www.practo.be.
De informatie in deze handleiding kan te allen tijde worden gewijzigd zonder voorafgaande kennisgeving.