Wanneer u hierna op dezelfde voorkeuzetoets
drukt, zal de opgeslagen zenderfrequentie uit
het geheugen worden opgeroepen.
Op sterke signalen afstemmen
Met de functie voor automatisch afstemmen
op lokale zenders kunt u het toestel laten af-
stemmen op zenders waarvan het signaal
sterk genoeg is voor een goede ontvangst.
%
Drukmeerdere keren op LOCAL/BSM
om het automatisch afstemmen op lokale
zenders in of uit te schakelen.
Als automatisch afstemmen op lokale zenders
is ingeschakeld, verschijnt
LOC
in het display.
Frequenties van de sterkste
zenders opslaan
Met de functie BSM (Best Stations Memory,
geheugen voor de beste zenders) kunt u auto-
matisch de zes sterkste zenders opslaan onder
de voorkeuzetoetsen
1
6
.
!
Het is mogelijk dat de zenders die via de
BSM-functie zijn opgeslagen de eerder
door uzelf opgeslagen zenders onder de
toetsen
1
6
vervangen.
%
Houd LOCAL/BSM ingedrukt tot de
functie BSM aan gaat.
BSM
begint te knipperen. Als
BSM
knippert,
worden de zes sterkste zenderfrequenties op-
geslagen onder voorkeuzetoetsen
1
6
in de
volgorde van de sterkte van het signaal. Als dit
is gebeurd, stopt
BSM
met knipperen.
#
Druk op
LOCAL/BSM
om het opslaan te
annuleren.
RDS
Inleiding tot de RDS-bediening
RDS (radiodatasysteem) is een systeem voor
het verschaffen van informatie tijdens FM-uit-
zendingen.
!
Het is mogelijk dat niet alle zenders RDS-
diensten leveren.
!
RDS-functies zoals AF en TA werken alleen
wanneer u heeft afgestemd op een RDS-
zender.
Weergave van het RDS-display
wijzigen
Als u afstemt op een RDS-zender, wordt de
programmaservicenaam weergegeven. Als u
de frequentie van de zender wilt weten, moet u
de weergave van het display wijzigen.
%
Houd EQ ingedrukt tot de informatie in
het display verandert.
Druk meerdere keren op
EQ
en houd de toets
ingedrukt om tussen de volgende instellingen
te schakelen:
Programmaservicenaam
PTY-informatie
Frequentie
De PTY-lijst (ID-code en programmatypen)
vindt u op bladzijde 84.
#
De PTY-informatie en de frequentie van de hui-
dige zender worden acht seconden op het display
getoond.
PTY-nooduitzendingen ontvangen
PTY-alarm is een speciale PTY-code voor het
aankondigen van noodsituaties, zoals natuur-
rampen. Als de tuner de radioalarmcode ont-
vangt, verschijnt
ALARM
op het display en
wordt het volume op het TA-volume ingesteld.
Als het noodbericht is afgelopen, keert het toe-
stel terug naar de vorige signaalbron.
!
U kunt een noodbericht annuleren door op
TA
te drukken.
Bediening van het toestel
Nl
82
Hoofdstuk
03