storingen
22
Tabel
Wanneer u twijfelt over de goede werking van uw inductiekookplaat betekent
dit niet automatisch dat er een defect is. Controleer in elk geval de volgende
punten:
23
storingen
Algemeen
Raadpleeg bij storingen het telefoonnummer van de servicedienst. Zie hiervoor
de bijgeleverde garantiekaart of raadpleeg de internet site
www.hps.nl
.
Indien u een barstje of scheurtje (hoe klein ook) op de glasplaat vaststelt,
schakel dan de kookplaat onmiddellijk uit, haal meteen de stekker van de
kookplaat uit het stopcontact, verbreek de (automatische) zekering(en) in de
meterkast of zet de schakelaar in de toevoerleiding op nul bij een vaste
aansluiting. Neem vervolgens contact op met de servicedienst.
Alleen een erkend elektrotechnisch installateur mag dit toestel aansluiten!
De installatie moet geschieden volgens de nationale en lokale geldende
voorschriften.
Schade ontstaan door verkeerd aansluiten of verkeerd inbouw en valt niet
onder de garantie.
Probleem
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Bij het in werking stellen verschijnt
er tekst in de displays.
Normale werking.
NIETS: zie hoofdstuk “inbouwen”
bij het installatievoorschrift.
Bij het aanzetten slaat de zekering
van uw installatie door.
Verkeerde aansluiting van de
kookplaat.
Controleer de elektrische
aansluiting.
Bij het aanzetten werkt slechts één
zijde van de kookplaat of de
kookplaat piept continu.
Verkeerde aansluiting van de
kookplaat.
Aansluiting aanpassen.
De ventilatie blijft nog enkele
minuten doorwerken nadat de
kookplaat is uitgeschakeld.
De kookplaat werkt niet en er
verschijnt niets op het display.
Afkoeling van de elektronische
schakeling.
Geen stroomtoevoer door defecte
voeding of foutieve aansluiting.
Dit is normaal.
Controleer de zekering en
elektrische veiligheidsschakelaar.
De kookplaat stopt plotseling
tijdens de werking. U hoort om de
2 seconden een dubbele pieptoon.
De tijd van de schakelklok is voorbij
er is iets overgekookt of een
voorwerp hindert het
bedieningspaneel.
Druk op een willekeurige toets en
de pieptoon stopt. Reinig of
verwijder het voorwerp en begin
opnieuw met koken.
Een reeks kleine streepjes
verschijnt.
De elektronische circuits zijn te
warm geworden.
Laat de kookplaat afkoelen en
controleer of de kookplaat goed is
ingebouwd, zie hiervoor het
installatievoorschrift.
De kookplaat werkt niet, de
schakelklok toont een andere
boodschap.
Het elektronische circuit werkt
slecht.
Neem contact op met de
servicedienst.
Nadat u een kookzone in werking
heeft gesteld, blijven de displays
van het bedieningspaneel
knipperen.
De gebruikte kookpan is niet
geschikt voor koken op inductie of
heeft een diameter die kleiner is
dan 12 cm.
Zie hoofdstuk “Comfortabel
koken”.
De kookpannen maken lawaai
tijdens het koken.
Dit wordt veroorzaakt door de
doorstroming van de energie van
de kookplaat naar de kookpan.
Bij een hoge kookstand is dit
normaal bij bepaalde types van
kookpannen. Dit is niet gevaarlijk
voor de kookplaat.
De kookplaat geeft bij de eerste
kookbeurten een lichte geur af.
Normaal voor een nieuw apparaat.
Dit verdwijnt na enkele keren koken.
U hoort een licht tikkend geluid op
uw kookplaat.
Dit wordt veroorzaakt door de
vermogensverdeling van de voorste
en achterste zone of doordat een
laag vermogen is ingesteld en het
vermogen niet continu is.
Dit is normaal.