NL
41
n)
Maak de ventilatieopening van het gereed-
schap regelmatig schoon.
De ventilator van
de motor trekt stof in de behuizing en exces-
sieve ophoping van poedermetaal kan tot
elektrische gevaren leiden.
o)
Gebruik het gereedschap niet in de buurt
van brandbare materialen.
Door vonken
kunnen deze materialen brand vatten.
p)
Gebruk geen accessoires waarvoor vloei-
bare koelmiddeln zijn vereist.
Het gebruik
van water of andere vloeibare koelmiddelen
kan leiden tot elektrocutie of schokken.
TERUGSLAG EN GERELATEERDE WAARSCHU-
WINGEN
Terugslag is een plotselinge reactie op een klem
zittend of vastgelopen wiel of een ander acces-
soire. Door het klemmen of vastlopen stopt het
draaiende accessoire plotseling, en hierdoor
gaat het ongecontroleerde gereedschap naar de
tegenovergestelde richting van de draairichting
van het accessoire gaat op de plaats waar het
is vastgelopen.
Als een slijpwiel bijvoorbeeld in het werkstuk is
vastgelopen, dan kan de rand van het wiel op de
plaats waar het is vastgelopen in het materiaal
dringen waardoor het wiel omhoog komt of eruit
springt. Het wiel kan in de richting de bediener
springen of juist de andere kant op, afhankelijk
van de draairichting op het moment dat het vast-
loopt. Slijpwielen kunnen onder deze omstandig-
heden ook breken.
Terugslagen zijn het gevolg van verkeerd gebruik
van het gereedschap en/of incorrecte bedie-
ningsprocedures of -omstandigheden en kunnen
worden voorkomen door de juiste voorzorgs-
maatregelen te nemen (zie hieronder).
a)
Houd het gereedschap stevig vast en
plaats uw armen zodanig dat u terugslag-
krachten kunt opvangen. Gebruik altijd de
extra handgreep, indien aanwezig, voor
maximale controle over de terugslag of
torsiereactie tijdens het starten.
De bedie-
ner kan torsiereacties of terugslagkrachten
beheersen met de juiste voorzorgsmaatrege-
len.
b) Pl
aats uw hand nooit in de buurt van het
draaiende accessoire.
Het accessoire kan
terugslaan op uw hand.
c)
Ga niet op de plaats staan waar de te-
rugslag van het gereedschap plaatsvindt
indien er een terugslag plaatsvindt.
Door
terugslag wordt het gereedschap in de tegen-
overgestelde richting van de draairichting van
het wiel verplaatst op het moment van vastlo-
pen.
d)
Wees extra voorzichtig bij het bewerken
van hoeken, scherpe randen etc. Zorg
ervoor dat het accessoire niet springt of
vast gaat zitten.
Bij hoeken, scherpe randen
of springen kan het draaiende accessoire vast
gaat zitten, en dit veroorzaakt controleverlies
of terugslagen.
e)
Plaats geen houtzaagblad van een ket-
tingzaag of een getand zaagblad.
Derge-
lijke bladen zorgen vaak voor terugslagen en
controleverlies.
SPECIFIEKE VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
VOOR SLIJPEN EN SCHURENDE SNIJDBE-
WERKINGEN:
a)
Gebruik alleen wieltypes die worden aan-
bevolen voor uw elektrisch gereedschap
en de specifieke beveiliging ontworpen
voor het geselecteerde wiel.
Wielen waar-
voor het elektrisch gereedschap niet is ont-
worpen, kunnen niet adequaat worden bevei-
ligd en zijn onveilig.
b)
Het schuuroppervlak van de schijven met
verdiept middenstuk moet onder het vlak
van de afschermingslip worden gemon-
teerd.
Een onjuist gemonteerd wiel dat boven
het vlak van de afschermingslip steekt, kan
niet voldoende worden beschermd.
c)
De beveiliging moet stevig aan het elek-
trische gereedschap zijn bevestigd en zijn
geplaatst voor maximale veiligheid, zodat
het kleinste deel van het wiel in de richting
van de bediener wordt blootgesteld.
De
beveiliging helpt de bediener te beschermen
tegen afgebroken delen van het wiel en con-