44
CONTROLEER NOGMAALS HET VOL-
GENDE ALVORENS EEN ONDERHOUDS-
MONTEUR TE RAADPLEGEN
Probleem
De airconditioner kan bij
het weer inschakelen onge-
veer 3 minuten niet worden
gebruikt.
Er komt een krakend geluid
uit het apparaat.
De lucht uit de binnenunit
ruikt vreemd.
De ventilator van de buiten-
unit draait niet, zelfs niet als
de compressor ingescha-
keld is. Als de ventilator
begint te draaien, stopt
deze weer snel.
Ik hoor water stromen.
U hoort een borrelend ge-
luid.
De ruimte wordt niet vol-
doende gekoeld.
Er komt damp uit de lucht-
uitlaat van de binnenunit.
Tijdens de werking veran-
dert de luchtstroomrichting.
De richting van de horizon-
tale schoep kan niet worden
aangepast met de afstands-
bediening.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem
De airconditioner werkt niet.
De airconditioner koelt of
verwarmt niet voldoende.
De lucht uit de binnenunit
ruikt vreemd.
Het display van de afstands-
bediening wordt niet ge-
toond of is vaag. De binnen-
unit reageert niet op het sig-
naal van de afstandsbedie-
ning.
Als er een spannings-
onderbreking optreedt.
Controlepunten of oplossing
• Is de stroomonderbreker ingeschakeld?
• Is de zekering gesprongen?
• Is de ON-timer ingesteld? (Pagina 41)
• Is de temperatuur juist ingesteld? (Pagina 40)
• Is het filter schoon? (Pagina 43)
• Wordt de luchtinlaat of luchtuitlaat van de bin-
nen- of buitenunit geblokkeerd?
• Staat er een raam of deur open?
• Is het filter schoon? (Pagina 43)
• Zijn de batterijen leeg? (Pagina 38)
• Zijn de polen (+, -) van de batterijen verwisseld?
(Pagina 38)
• Worden een of meer knoppen op de afstands-
bediening van andere elektrische apparaten in-
gedrukt?
• Start de airconditioner opnieuw?
Als de airconditioner in werking was voor de
stroomstoring, zal het apparaat opnieuw star-
ten aangezien deze modellen zijn uitgerust met
de functie Auto Restart. (Zie Beschrijving van
de “FUNCTIE AUTO RESTART” op pagina 39.)
Probleem
Water lekt uit de buitenunit.
Er komt witte rook uit de
buitenunit.
In de werkstand Verwarmen
stroomt de lucht niet snel
genoeg uit.
De werking wordt gedu-
rende ongeveer 10 minuten
gestopt in de werkstand
verwarmen.
Soms kunt u een sissend
geluid horen.
De ruimte kan niet vol-
doende worden verwarmd.
De swingwerking van de
VERTICALE SCHOEP wordt
circa 15 seconden stopge-
zet en start daarna weer
opnieuw.
In een systeem met meer-
dere eenheden wordt de
binneneenheid, ook als
deze niet in bedrijf is, warm
en is het geluid van stro-
mend water hoorbaar.
De airconditioner start van-
zelf als de netvoeding wordt
ingeschakeld, ook al be-
dient u het apparaat niet
met de afstandsbediening.
Oplossing (geen defect)
• Tijdens KOELEN of DROGEN worden leidin-
gen of koppelingen van de leidingen ook afge-
koeld. Hierdoor kan er condens ontstaan, die
van de leidingen afdruppelt.
• In de verwarmingsstand zorgt de gebruiksin-
stelling Ontdooien ervoor dat ijs dat zich heeft
afgezet op het buitenunit smelt en naar bene-
den druppelt.
• In de verwarmingsstand druppelt water, dat op
de warmtewisselaar gecondenseerd is, naar
beneden.
• Tijdens het verwarmen lijkt de stoom die ont-
staat door het ontdooien op witte rook.
• Wacht tot de airconditioner gereed is om warme
lucht uit te blazen.
• Het buitenunit wordt ontdooid (Werkstand ont-
dooien).
Aangezien dit na 10 minuten is voltooid, dient u
te wachten. (Wanneer de buitentemperatuur te
laag en de luchtvochtigheid te hoog is, zal er
zich ijs vormen.)
• Dit is het geluid dat ontstaat wanneer de stro-
ming van de koelvloeistof in de airconditioner
wordt gewijzigd.
• Als de buitentemperatuur laag is, dan kan het
gebeuren dat de airconditioning niet voldoende
verwarmt.
• Deze handeling wordt uitgevoerd opdat de
swingwerking van de VERTICALE SCHOEP zijn
normale werking hervat.
• Door de binneneenheid blijft een kleine hoeveel-
heid koelvloeistof stromen, ook als deze niet in
bedrijf is.
• Deze modellen zijn uitgerust met de functie Auto
Restart (automatisch opnieuw starten). Wanneer
de netvoeding wordt uitgeschakeld en weer
wordt ingeschakeld zonder dat de airconditio-
ner wordt uitgeschakeld met de afstandsbedie-
ning, start het apparaat automatisch in de stand
die was ingesteld met de afstandsbediening
voordat de stroomtoevoer werd onderbroken.
Stop gebruik van de airconditioner en raadpleeg uw handelaar indien u
de bovenstaande punten heeft gecontroleerd maar de airconditioner nog
niet juist functioneert.
Zet in de volgende gevallen de airconditioner uit en raadpleeg uw handelaar.
•
Wanneer er water uit de binnenunit lekt of druppelt.
•
Wanneer de linkerbedieningsindicator knippert.
•
Wanneer de stroomonderbreker regelmatig wordt ingeschakeld.
•
De signalen van de afstandsbediening worden mogelijk niet goed ontvangen
in een kamer waar neonlampen (invertertype neonverlichting, etc.) worden
gebruikt.
•
Op plaatsen met slechte ontvangst kan de airconditioner de ontvangst van
radio en/of televisie storen. Eventueel kan voor het desbetreffende apparaat
een antenneversterker nodig zijn.
•
Bij onweer moet u de airconditioning direct uitschakelen en de stekker van
het netsnoer uit het stopcontact trekken of de stroomonderbreker uitschake-
len. Als u dit niet doet, kunnen de elektrische onderdelen van de airconditio-
ning worden beschadigd.
Oplossing (geen defect)
• Dit dient ter bescherming van de airconditioner.
U moet even wachten.
• Dit geluid wordt veroorzaakt door het uitzetten/
inkrimpen van het voorpaneel of andere onder-
delen vanwege temperatuursveranderingen.
• De airconditioner kan geuren opnemen van de
muur, het vloerkleed, meubilair, kleding, enzo-
voort en deze samen met de lucht uitblazen.
• Bij lage buitentemperaturen kan het zijn dat de
ventilator niet draait, in verband met voldoende
koelvermogen.
• Dit is het geluid van de koelvloeistof in de air-
conditioner.
• Dit is het geluid van condens in de warmtewisselaar.
• Dit is het geluid van het ontwasemen van de
warmtewisselaar.
• Dit geluid kan men horen als lucht van buiten
wordt opgezogen door de afvoerslang en
daarmee de afzuigkap of de ventilatiefan wordt
aangezet. Dit veroorzaakt het opzuigen van wa-
ter in de afvoerslang.
U hoort dit geluid ook wanneer lucht in de aftap-
slang wordt geblazen door sterke wind.
• Als er in de ruimte een ventilator of een gasfor-
nuis wordt gebruikt, wordt er meer gevergd van
het koelapparaat, waardoor het kan gebeuren
dat de airconditioning niet genoeg vermogen
heeft om de gehele ruimte te koelen.
• Als de buitentemperatuur te hoog is, kan het ge-
beuren dat de airconditioning niet genoeg ver-
mogen heeft om de gehele ruimte te koelen.
• De koele lucht uit de airconditioner zorgt ervoor
dat vocht in de lucht binnen in de kamer snel
afkoelt en wordt omgezet in damp.
• Als de airconditioning in de stand voor KOELEN
of DROGEN staat, en de luchtstroom langer dan
1 uur omlaag word gericht, zal de richting van de
luchtstroom automatisch worden veranderd naar
de horizontale stand zodat wordt voorkomen dat
condens van de airconditioning druppelt.
• Indien tijdens verwarmen de temperatuur van de
lucht die wordt uitgeblazen te laag is of als het
apparaat aan het ontdooien is, zal de horizon-
tale schoep automatisch in de horizontale stand
worden gesteld.
SG79Y433H01_Nl
26/01/2005, 4:38 PM
44