54 NEDERLANDS
OPMERKING:
Afhankelijk van de gebruiksomstan
-
digheden en de omgevingstemperatuur, is het moge-
lijk dat de aangegeven acculading verschilt van de
werkelijke acculading.
OPMERKING:
Het eerste (meest linker) indicator
-
lampje knippert wanneer het accubeveiligingssys
-
teem in werking is getreden.
Gereedschap-/accubeveiligingssysteem
Het gereedschap is voorzien van een gereedschap-/
accubeveiligingssysteem. Dit systeem schakelt auto
-
matisch de voeding naar de motor uit om de levensduur
van het gereedschap en de accu te verlengen. Het
gereedschap kan tijdens het gebruik automatisch stop
-
pen als het gereedschap of de accu aan één van de
volgende omstandigheden wordt blootgesteld:
Overbelastingsbeveiliging
Wanneer het gereedschap of de accu wordt gebruikt op
een wijze die ertoe leidt dat er een abnormaal sterke
stroom wordt onttrokken, stopt het gereedschap automa-
tisch zonder indicatie. Schakel in dit geval het gereed-
schap uit en stop de toepassing die ertoe geleid heeft dat
het gereedschap overbelast is geraakt. Schakel vervol
-
gens het gereedschap in om het opnieuw op te starten.
Oververhittingsbeveiliging
Als het gereedschap of de accu oververhit is, stopt het gereed
-
schap automatisch. Laat in dat geval het gereedschap en de
accu afkoelen voordat u het gereedschap weer inschakelt.
OPMERKING:
Wanneer het gereedschap oververhit
is, knippert de lamp.
Beveiliging tegen te ver ontladen
Als de acculading onvoldoende is, stopt het gereed
-
schap automatisch. In dit het geval verwijdert u de accu
vanaf het gereedschap en laadt u de accu op.
De trekkerschakelaar gebruiken
WAARSCHUWING:
Alvorens de accu in het
gereedschap te plaatsen, moet u altijd controle-
ren of de trekkerschakelaar goed werkt en bij het
loslaten terugkeert naar de stand “OFF”.
LET OP:
Wanneer u het gereedschap niet
gebruikt, drukt u op de trekkervergrendelknop
vanaf de -kant om de trekkerschakelaar te ver-
grendelen in de uit-stand.
Om te voorkomen dat de trekkerschakelaar per
ongeluk wordt bediend, is de trekkervergrendelknop
aangebracht. Om het gereedschap te starten, drukt
u vanaf de A-kant ( ) op de trekkervergrendelknop
en knijpt u de trekkerschakelaar in. Hoe harder u de
trekkerschakelaar inknijpt, hoe hoger het toerental van
het gereedschap. Laat de trekkerschakelaar los om
het gereedschap te stoppen. Na gebruik drukt u op de
trekkervergrendelknop vanaf de B-kant ( ).
►
Fig.3:
1.
Trekkervergrendelknop
2.
Trekkerschakelaar
De trekkervergrendelknop gebruiken
voor continue werking
Om het gereedschap continu te laten werken, knijpt u
eerst de trekkerschakelaar in, drukt u daarna de trekker-
vergrendelknop in vanaf kant B ( ), en laat u tenslotte de
trekkerschakelaar los. Om het gereedschap te stoppen,
drukt u de trekkervergrendelknop in vanaf kant A ( ).
Het toerental veranderen
►
Fig.4:
1.
Toerentalinstelknop
Het aantal slagen per minuut kan worden ingesteld door
de regelaar te draaien.
De regelaar is gemarkeerd van 1 (laagste toerental) tot
5 (hoogste toerental).
Zie de onderstaande tabel voor de verhouding tussen
de cijfers op de knop en het aantal slagen.
Cijfer
Slagen per minuut
5
2.650 min
-1
4
2.500 min
-1
3
2.000 min
-1
2
1.500 min
-1
1
1.300 min
-1
LET OP:
Draai niet aan de regelaar terwijl het
gereedschap nog draait. Als u dit niet doet, kan
u de controle over het gereedschap verliezen en
letsel veroorzaken.
KENNISGEVING:
De toerentalinstelknop kan
slechts tot stand 5 worden gedraaid, en terug
naar stand 1. Forceer hem niet tot voorbij stand
5 of stand 1 omdat dan de toerentalinstelfunctie
mogelijk niet meer werkt.
OPMERKING:
Functie voor langzamer draaien bij nullast
Het aantal slagen per minuut bij nullast wordt lager dan
het aantal slagen met belasting om de trillingen bij nullast
te verminderen, maar dit duidt niet op een probleem.
Zodra het bit het beton raakt, neemt het aantal slagen per
minuut toe tot het aantal slagen aangegeven in de tabel.
Bij lage temperatuur is het mogelijk dat deze functie van
het gereedschap niet werkt ondanks dat de motor draait.
De lamp op de voorkant gebruiken
►
Fig.5:
1.
Lamp
LET OP:
Kijk niet direct in het lamplicht of in
de lichtbron.
Knijp de trekkerschakelaar in om de lamp in te schake
-
len. De lamp blijft branden zo lang de trekkerschakelaar
wordt ingeknepen. Ongeveer 10 seconden nadat u de
trekkerschakelaar hebt losgelaten, gaat de lamp uit.
OPMERKING:
Gebruik een droge doek om vuil van
de lens van de lamp af te vegen. Wees voorzichtig
dat u de lens van de lamp niet bekrast omdat dan de
verlichting minder wordt.
Содержание HM001GM201
Страница 2: ...1 2 3 Fig 1 1 2 Fig 2 1 2 A B Fig 3 1 Fig 4 1 Fig 5 1 Fig 6 1 2 Fig 7 1 Fig 8 2 ...
Страница 3: ...1 2 Fig 9 1 Fig 10 2 1 Fig 11 1 Fig 12 1 2 3 Fig 13 1 2 3 Fig 14 1 2 Fig 15 3 ...
Страница 4: ...3 2 1 4 Fig 16 1 Fig 17 Fig 18 Fig 19 Fig 20 1 Fig 21 1 2 3 4 Fig 22 4 ...
Страница 5: ...1 2 3 Fig 23 1 Fig 24 1 2 1 2 Fig 25 Fig 26 1 Fig 27 5 ...
Страница 6: ...1 2 Fig 28 1 Fig 29 1 Fig 30 1 2 1 2 Fig 31 6 ...
Страница 114: ...114 ...
Страница 115: ...115 ...