7
De router ondersteunt zeven soorten draadloze beveiliging:
WEP
,
WPA Personal
,
WPA Enterprise
,
Radius
,
PSK2
,
PSK2-Mixed
en
PSK2+Radius
. Deze
beveiligingsfuncties zijn niet standaard ingeschakeld; u dient draadloze
beveiliging te configureren om te voorkomen dat de veiligheid van uw
draadloze netwerk wordt aangetast.
Om WEP, WPA Personal, PSK2, en PSK2-Mixed te configureren, volgt u de
volgende stappen. Raadpleeg voor instructies over het configureren van andere
beveiligingsfuncties de gebruikershandleiding op het scherm, die u ook vindt op
de instructie-cd met de installatiewizard.
A
Open de Web Utility (Hulpprogramma op het web) zoals beschreven in
stap 2 en selecteer het scherm
Wireless Security
(Draadloze beveiliging)
op het tabblad Wireless.
U ziet nu het scherm
Wireless Security
(Draadloze beveiliging):
B
Ga naar beneden in het menu
Security Mode
(Beveiligingsmodus) en
selecteer een van de volgende draadloze beveiligingsfuncties:
•
WEP:
Een basiscoderingssleutel die minder veilig is dan WPA.
Om WEP te gebruiken selecteert u een Default Transmit Key
(Standaardzendsleutel (kies welke sleutel u wilt gebruiken)) en het
coderingsniveau,
64 bits: 10 hex-getallen
of
128 bits: 26 hex-
getallen
. Voer vervolgens een WEP-sleutel in met de Passphrase
generator (Wachtwoordgenerator) of doe dit handmatig.
3
Draadloze beveiliging configureren