81
5.0 Dagelijks gebruik
5.1 Bedieningshendels
Ontstekingsopening (A)
Deze opening wordt gebruikt om het vuur aan te steken,
om het vuur goed te laten branden en om meer hout toe te
voegen. Bij voortdurend
gebruik van hardhout, zoals eiken- en beukenhout, kan
de ontstekingsopening 20 % tot 50% zijn geopend. Bij het
gebruik van zacht hout, zoals berken- en dennenhout, kan de
ontstekingsopening gesloten zijn.
• Instelling voor normaal gebruik: 20 % tot 25%.
Luchtdoorvoer of luchtopening (B)
De doorgevoerde lucht wordt vooraf verwarmd en indirect aan
het vuur toegevoegd. De doorgevoerde lucht stroomt ook langs
de ruit om roetafzetting te voorkomen. Er kan roetafzetting op
de ruit ontstaan als de bedieningshendel voor doorgevoerde
lucht te laag is afgesteld. De warmteafgifte wordt bepaald door
de doorgevoerde lucht.
• Instelling voor normaal gebruik: 60% tot 70%.
Clean Burn-technologie
De Jøtul I 620 Series is uitgerust met Clean Burn-technologie.
De lucht gaat door een speciaal ontworpen buizensysteem.
Hierdoor wordt een optimale verbranding verzekerd van de
gassen die vrijkomen tijdens het verbrandingsproces. De
voorverwarmde lucht komt via kleine openingen in de achterste
branderplaat van de kamer in de verbrandingskamer. De
luchtstroom wordt bepaald door de verbrandingssnelheid en
kan dus niet worden gereguleerd.
5.2 Het vuur aansteken
Belangrijk!
Indien er te weinig hout wordt gebruikt bij het aansteken van
het vuur of als de stukken hout te groot zijn, wordt de optimale
bedrijfstemperatuur niet bereikt in de verbrandingskamer. Dit
kan leiden tot een slechte verbranding en zorgen voor een
grote hoeveelheid roet of het vuur gaat uit wanneer de deur
wordt gesloten.
Indien het huis is voorzien van een mechanisch
ventilatiesysteem, de druk in het huis negatief is en de kachel
geen externe luchtaansluiting heeft, zet dan een raam open
in de buurt van de kachel voor u het vuur aansteekt. Laat het
raam een minuut of twee open staan tot het vuur goed brandt.
• Plaats twee middelgrote blokken aan beide zijden onder
in de verbrandingskamer.
NB:
Om te voorkomen dat er
roetafzetting wordt gevormd op de ruit, moet u ervoor
zorgen dat de blokken de ruit niet raken.
• Plaats aanmaakhoutjes of de schors van berkenhout
tussen de blokken. Plaats wat klein gehakt hout hierboven
op in een kruispatroon. Steek het vuur aan.
B
A
• Trek de ontstekingsopening naar buiten
(A)
(de
luchtopening
(B)
volgt automatisch).
5.3 Het vuur stoken
B
Om de warmteafgifte te regelen, is het van belang dat er
een dikke laag gloeiende sintels en een hoge temperatuur
aanwezig zijn in de verbrandingskamer. Plaats meer hout
in de verbrandingskamer als er alleen nog gloeiende
sintels over zijn. NB: Gebruik een handschoen of iets
dergelijks om uw hand te beschermen als de hendels
warm zijn.
• Open de deur voorzichtig om de druk in de
verbrandingskamer gelijk te laten worden voordat u de
deur volledig opent. Hierdoor voorkomt u dat er as en rook
uit de kachel ontsnapt. Doe nooit meer hout op het vuur als
dit goed brandt.
NEDERLANDS