4.4
Controle
De warmtepompen zijn ontworpen en geconstrueerd voor een lange levensduur bij een goede installatie en
werking onder normale omstandigheden. Periodieke inspectie is belangrijk om uw warmtepomp veilig en
efficiënt te laten draaien gedurende alle jaren.
De volgende basisrichtlijnen worden voorgesteld voor uw inspectie:
1. Zorg ervoor dat de voorkant van het apparaat toegankelijk is voor toekomstig onderhoud.
2. Houd de omgeving van de warmtepomp vrij van alle vuil.
3. Houd alle planten en struiken gesnoeid en uit de buurt van de warmtepomp.
4. Houd de gazonsproeikoppen uit de buurt van het sproeien op de warmtepomp om corrosie en schade te
voorkomen.
5. Als het apparaat onder een zeer scherpe dakhelling of onder een dak zonder dakgoot wordt
geïnstalleerd, moet een dakgoot of omlegger worden gemonteerd om te voorkomen dat er te veel water
op het apparaat terechtkomt.
6. Gebruik de warmtepomp niet als er onderdelen onder water zijn geweest. Bel onmiddellijk een
gekwalificeerde vakman om de warmtepomp te inspecteren en een deel van het besturingssysteem te
vervangen, dat ondergedompeld is.
De warmtepomp zal tijdens de werking condens (water) produceren. De basis van de warmtepomp is zo
ontworpen dat de condensatie via de onderste afvoerpoort kan worden afgevoerd. De condensatie zal
toenemen naarmate de luchtvochtigheid in de buitenlucht toeneemt. Controleer het volgende, op
regelmatige tijdstippen om een goede afvoer van het condensaat te garanderen:
1. Inspecteer de afvoerpoort aan de onderzijde van het apparaat en verwijder het vuil dat de poort zou
kunnen verstoppen.
2. Houd het luchtinlaat- en afvoergebied vrij van vuil, zodat de luchtstroom door de warmtepomp niet
beperkt. De koelere afvoerlucht mag zich niet ophopen en moet in de zijdelingse luchtaanzuig worden
aangezogen. Bij normaal gebruik produceert de warmtepomp tien tot twintig liter condensaat per uur. Als de
condensaatafvoer tijdens werking boven dit bereik ligt of als er water uit de basis blijft lopen als de
warmtepomp langer dan een uur niet in werking is, kan er een lek in de interne leidingen zijn ontstaan. Bel
een gekwalificeerde warmtepomptechnicus om het probleem te onderzoeken.
OPMERKING:
Een snelle manier om te controleren of het water dat door de afvoer loopt condenswater is,
is om de warmtepomp af te sluiten en de zwembadpomp draaiende te houden. Als het water niet meer uit
de bodempan loopt, is het condenswater. Een nog snellere manier om het afvoerwater te testen op chloor,
als er geen chloor aanwezig is, dan is er sprake van condensatie.
9
NL
Содержание 59695325
Страница 17: ...7 Elektrisch schema van de warmtepomp 15 NL ...
Страница 37: ...3 15 7 Wiring diagram EN ...
Страница 57: ...7 Schaltplan 15 DE ...
Страница 77: ...7 SCHÉMA DE CÂBLAGE 15 FR ...