5 Bediening
Schakel met de POWER-schakelaar (5) het bestu-
ringsapparaat in.
De besturingsopties zijn geordend in een menu en
kunnen met behulp van de toetsen MENU (1), DOWN/
UP (2) en ENTER (3) worden opgeroepen. U beschikt
over de volgende hoofdmenu-items:
1. SystemSet
basisinstellingen
2. Auto Mode
automatische programmaloop
3. Sound Mode
geluidgestuurde kleurwisseling
4. dB Mode
geluidsimpulsweergave
5. Hold Mode
continu oplichten
6. ReSet Mode
apparaten resetten
7. Standby Mode
blackout
Na het inschakelen geeft het besturingsapparaat na
korte weergave van het versienummer de laatst gese-
lecteerde instelling weer. De bediening is eenvoudig:
1) Om naar het hoofdmenu terug te keren, drukt u
enkele keren op de toets menu tot een van de hier-
boven vermelde items wordt weergegeven.
2) Selecteer met de toets DOWN of UP het gewenste
menu-item en open met de toets ENTER.
3) Open op dezelfde manier een submenu-item.
4) Om terug te keren naar het hoofdmenu, drukt u
(evt. meerdere keren) op de toets MENU.
5.1 Aantal buizen instellen
Om bijvoorbeeld de herhalingsfrequentie van de loop-
lichteffecten te bepalen, stelt u eerst het aantal aange-
sloten RGBL-100T-buizen in. Om speciale effecten te
realiseren, kunt u de waarde ook afwijkend van het
effectieve aantal buizen instellen.
1) Druk enkele keren op de toets MENU (1) tot op het
display (4) “
1. SystemSet
” verschijnt.
2) Druk op de toets ENTER (3). Op het display ver-
schijnt “
1.1 Tube Amount
”.
3) Druk op de toets ENTER. Het displaybericht “
Set:
”
en de huidige instelling verschijnt.
4) Stel met de toetsen DOWN en UP (2) het aantal
aangesloten buizen in, en bevestig met de toets
ENTER.
5.2 Bedrijf zonder DMX-besturing
Voor het besturen van de RGBL-100T-apparaten,
roept u eerst de gewenste modus op (punt 2 – 7) in het
hoofdmenu en aansluitend, indien van toepassing in
de geselecteerde modus, in het submenu de betref-
fende effectvariant. Meer bedieningsstappen vindt u
telkens bij de beschrijving van de submenu's:
“2. Auto Mode” – automatische programmaloop
U beschikt over de volgende submenu-items:
2.1 Auto Random
toevallige volgorde van de
effectvarianten 2.2 – 2.8
2.2 Auto Fade
kleurovergangen
2.3 SO Chase
kleurwisseling als looplicht met
telkens één kleur in één rich-
ting (
s
ingle colour,
o
ne direc-
tion)
2.4 ST Chase
kleurwisseling als looplicht met
telkens een kleur in beide rich-
tingen (
s
ingle colour,
t
wo
directions)
2.5 MO Chase
meerkleurig looplicht in één
richting (
m
ulti-colour,
o
ne direc-
tion)
2.6 MT Chase
meerkleurig looplicht in beide
richtingen (
m
ulti-colour,
t
wo
directions)
2.7 MC Strobe
stroboscoopeffect met wisse-
lende kleuren (
m
ulti-
c
olour)
2.8 WL Strobe
stroboscoopeffect met wit licht
(
w
hite
l
ight)
1)
Alleen bij de effectvarianten 2.3 en 2.5:
Leg met de toetsen DOWN en UP de looprichting
van het effect (
Left
= links,
Right
= rechts) vast en
bevestig met ENTER.
2) Voer met de toetsen DOWN en UP de processnel-
heid “
Speed
”
in voor het effect en bevestig met
ENTER.
3) Om de snelheid of de richting te wijzigen, drukt u op
de toets ENTER; om een andere functie te kiezen,
drukt u op de toets MENU.
„3. Sound Mode“ – geluidgestuurde kleur-
wisseling
3.1 Sound Random
toevallige volgorde van de
effectvarianten 3.2 – 3.8
3.2 TC Chase
tweekleurig looplicht in één
richting, kleurwisseling geluid-
afhankelijk (
t
wo
c
olours)
3.3 SO Chase
kleurwisseling als looplicht met
telkens één kleur in één rich-
ting (
s
ingle colour,
o
ne direc-
tion)
3.4 ST Chase
kleurwisseling als looplicht met
telkens een kleur in beide rich-
tingen (
s
ingle colour,
t
wo direc-
tions)
3.5 MO Chase
meerkleurig looplicht in één
richting (
m
ulti-colour,
o
ne direc-
tion)
3.6 MT Chase
meerkleurig looplicht in beide
richtingen (
m
ulti-colour,
t
wo di-
rections)
3.7 Color Change
geluidafhankelijke, directe kleur-
wisseling
3.8 Color Strobe
geluidafhankelijke, directe kleur-
wisseling met stroboscoop-
effect
21
NL
B