het displaybericht (3)
. Daarna is het apparaat
gebruiksklaar, en kunt u het via een DMX-lichtregelaar
bedienen (
hoofdstuk 7) of doorloopt het op auto-
nome wijze het ingestelde showprogramma (
hoofd-
stuk 6). Trek de stekker uit het stopcontact om het
apparaat uit te schakelen.
Opgelet:
Het apparaat mag niet via een dimmer op de
netspanning zijn aangesloten!
Voor een makkelijker bediening is het aangeraden het
apparaat in een stopcontact te pluggen dat u via een
lichtschakelaar kan in- en uitschakelen.
5.1 Basisinstellingen
Met behulp van het display (3) en de bedieningstoet-
sen (5) kunt u de volgende basisinstellingen uitvoeren.
Druk enkele keren op de toets MENU tot de gewenste
functie op het display verschijnt. Druk dan op de toets
ENTER. Wacht niet langer dan 15 seconden om de
volgende toets in te drukken, anders wordt de instel-
procedure beëindigd. De menustructuur staat op
pagina 43.
Blackout-modus aan of uit
Selecteer DOWN of UP met de toets:
De schijnwerper licht alleen op, als er een
DMX-besturingssignaal op de jack DMX
INPUT (10) beschikbaar is. Zodra het DMX-
besturingsapparaat is uitgeschakeld, gaan alle
LEDʼs uit.
Deze instelling moet bij de bediening zonder
DMX-besturingsapparaat worden geselec-
teerd.
Om op te slaan, drukt u op de toets ENTER.
Display aan of uit
Selecteer DOWN of UP met de toets:
Het display (3) is steeds ingeschakeld.
Het display schakelt uit 60 sec. nadat er een
toets een laatste keer werd ingedrukt. Als er
dan een toets wordt ingedrukt, schakelt het
display opnieuw in.
Om op te slaan, drukt u op de toets ENTER.
Tekst op het display 180° draaien
Selecteer DOWN of UP met de toets:
normale weergave
tekst 180° gedraaid
Om op te slaan, drukt u op de toets ENTER.
15 seconden nadat er een laatste keer op een toets is
gedrukt, wordt het instelmenu automatisch verlaten.
Om het menu direct te verlaten, houdt u de toets
MENU ingedrukt tot het display omschakelt naar weer-
gave van de bedrijfsmodus.
6
Bediening zonder
DMX-besturingsapparaat
Als er geen DMX-besturingssignaal op de jack DMX
INPUT (10) aanwezig is, licht de gele LED MASTER
(4) op; op het display (3) verschijnt de ingestelde func-
tie, en het apparaat speelt zelfstandig het geselec-
teerde showprogramma af. Voorwaarde hiervoor is dat
de blackoutmodus uitgeschakeld is,
hfdst. 5.1.
6.1 Functie selecteren
Wacht bij het selecteren van een functie niet langer
dan 15 seconden om op de volgende bedieningstoets
(5) te drukken, anders wordt de instelprocedure beëin-
digd, en keert het apparaat terug naar de vorige func-
tie. De menustructuur staat op pagina 43.
6.1.1 Showprogrammaʼs
U kunt 12 kleurwisselingsprogrammaʼs (displaybericht
Sh = Show) en 16 kleurovergangsprogrammaʼs (dis-
playbericht Ch = Chase) selecteren. Bovendien is er
het programma Sh 0, waarbij het apparaat na elkaar
de kleurwisselingsprogrammaʼs Sh 1 – 12 doorloopt en
het programma
, waarbij het apparaat de kleur-
overgangsprogrammaʼs Ch 1 – 16 achtereenvolgens
doorloopt.
1) Om een kleurwisselingsprogramma te selecteren,
drukt u enkele keren op de toets MENU (5) tot op
het display (3) de melding
verschijnt; om een
kleurovergangsprogramma te selecteren, drukt u
enkele keren op de MENU tot op de melding
op het display verschijnt.
2) Activeer het menu-item met de toets ENTER. Op
het display verschijnt het nummer van het inge-
stelde programma.
3) Met de toets DOWN of UP selecteert u een van de
programmaʼs. Bevestig de selectie met de toets
ENTER. Het display schakelt naar de weergave
van de processnelheid (
…
).
Opmerking:
Bij het programma nr. 0 kan er geen pro-
cessnelheid worden geselecteerd. 15 seconden na
indrukken van de toets ENTER start het programma.
4) Stel binnen de 15 seconden met de toets DOWN of
UP de gewenste processnelheid in. Het apparaat
schakelt terug naar deze snelheid als er geen
muzieksturing beschikbaar is [bij uitgeschakelde
muzieksturing (
bedieningsstap 5), in de muziek-
pauzes of bij te gering geluidsvolume]. Bevestig de
instelling met de toetsen ENTER. Het display scha-
kelt terug naar de weergave van het programma.
Na 15 seconden stopt het knipperen en start het
geselecteerde programma. De gele LED MASTER
(4) licht op. Om het programma sneller te starten,
houdt u de toets MENU ingedrukt tot op het pro-
grammanummer op het display verschijnt.
5) Als de programmaʼs Sh 1 – Sh 12 muziekgestuurd
moeten worden (de andere programmaʼs kunnen
niet muziekgestuurd worden), moet de muziekstu-
ring zijn ingeschakeld:
38
NL